IMPI’s ADVENTURES

Reisverhalen

Marokko

AFRICA, HERE WE COME……

De boot vanuit Algeciras vertrok dus niet om 9:00 uur, zoals de man achter het loket verteld had, maar om 10 uur. Voordat alle vrachtwagens erin zaten was het al 11 uur geweest en de overtocht zou 2,5 uur duren. In de haven hadden we een vrouw ontmoet van een jaar of 60 die helemaal alleen vanuit Oslo, Noorwegen, naar Marakesh reed. Zij deed dit voor een vriend die daar een wereldbeker wedstrijd voor motoren moest rijden. Zij bracht de motoren en zou hem in Marrakech ophalen van het vliegveld. Ze vond het best eng om alleen te rijden en wist niks van het land waar we over 3 uur voet aan wal zouden zetten. Wij vinden het erg bijzonder dat zij dit alleen doet.

Bij het verlaten van de boot wist zij iemand te strikken, betaalde vast veel geld en was snel verdwenen. Wij waren in rij 4 gezet van wachtende auto’s. Auto’s volgeladen met spullen. Alle verhalen die je over Tanger hebt gehoord zijn waar. Het duurde lang. Gelukkig was de klok 2 uur teruggezet, dus het leek minder lang. Nou ja, niet echt, maar een beetje. We stonden rond 11:15 uur (nieuwe tijd) in de rij. Om 14:15 waren we door de poort. Drie uur lang hebben we de werkwijze geobserveerd, maar echt, die was er niet. Er waren 4 rijen auto’s, maar slechts 1 douanier. Deze moest alle 4 de rijen controleren. Dit gebeurde zonder enige logica. Hij controleerde de 4e auto in rij 1, die mocht dan door, wat niet kon, want overal stonden auto’s. Dan nam hij de 1e auto in rij 3, dan de 6e in rij 3 enz. We moesten een formulier invullen, maar het was ons niet duidelijk wat te doen met dit formulier, dus ik naar de douanebalie. De eerste wees alleen naar de 2e. Die maakte een beweging alsof hij een auto bestuurd en zei iets van “driver”. Alsof ik de bestuurder van een auto niet kan zijn! Niet dus, dus Ro naar het loket. Gelukkig (!?) kwam hij ook niet verder. Dus maar weer wachten. Ondertussen was er een nieuwe schiplading auto’s gekomen en een Marokkaanse vrouw, getrouwd met een Engelsman en wonende in Gibraltar, vertelde dat het altijd erg lang duurt, maar dit was wel erg lang. Ze zei dat ze de auto’s helemaal willen controleren, tot in de benzinetank aan toe. Maar gelukkig voor ons hebben we bijna geen auto helemaal leeg gehaald zien worden. Eindelijk waren we de 2e auto in de 3e rij. We waren gewisseld, want deze rij leek sneller, wat achteraf uiteraard niet waar was. De eigenaar van de auto voor ons liep al een half uur achter de douanier aan, wat geen succes had. Wij kozen voor de stillere aanpak en deden niks. We kregen hulp van iemand die weinig deed, maar na € 5 gegeven te hebben, werd de douanier toch gehaald en mochten we ineens toch door. De 1e auto in onze rij keek niet zo vrolijk meer.

Nadat we de poort door waren, wilden we geld pinnen. Op het scherm van de pinmachine stond iets in het frans, waarvan mij de strekking leek dat het ding het niet deed. Maar de bewaker zei dat het geen probleem was. Tegen beter weten in, volledig tegen mijn gevoel in, ben ik gaan pinnen. Uiteraard kwam er geen geld uit, maar kwam gelukkig wel mijn pas terug. Nu maar hopen dat de 1000 Dirham niet is afgeschreven…..

Daarna nog een korte controle en we waren het terrein af!

AFRICA, HERE WE ARE……

We wilden toch eigenlijk wel geld, want we hadden maar € 40 over, die we toch maar hadden omgewisseld. Maar daar zouden we niet ver mee komen. Dus nog 5 banken geprobeerd, maar overal kregen we foutmeldingen. Uiteindelijk zonder geld weggereden. Het was al 15:00 uur geweest, dus Rabat zouden we niet meer voor het donker halen. We besloten naar Larache te rijden, waar een gratis camping zou zijn. Hier hebben we onze eerste Marokkaanse maaltijd genuttigd: simpel, goedkoop, vullend en goed.

Op donderdagochtend zijn we naar Rabat gereden. Het was nog maar een kleine 200km en dankzij de 2 uur tijdverschil stond ik al om 6 uur buiten de tent. Om 8 uur zijn we weggereden en om 11:30 uur waren we in Rabat. We wisten dat we het visum voor Mauritanië alleen in de ochtend konden aanvragen, maar we konden het niet vinden. We hadden alleen een adres, maar dit stond niet op de kaart die we hebben van Rabat. We hadden het waypoint niet bij en zochten gelijktijdig een internetcafé om dit op te zoeken. Beide waren onvindbaar. En opeens, om half 1, reden we erlangs. En uiteraard waren we te laat. We reden naar Salé omdat daar een camping zou zijn. Hiervan hadden we wel het waypoint (zelfs van meerdere personen), maar er was daar niks. Nog 2 keer door het dorp, aan verschillende mensen gevraagd, maar voor zover ze Engels spraken was er geen camping in Salé.

We besloten terug te gaan naar Rabat om daar verder te zoeken. Daar kregen we steeds te horen dat de dichtbijzijnste camping in Casablanca is, 100km hier vandaan. Nadat we dit een aantal keer gehoord hebben, gaven we het op. We waren nog te onbekend met Marokko en West Afrika om zomaar ergens wild te kamperen. Zeker in de stad vonden we dat best eng. We zouden wel een hotel zoeken. Maar alle grote hotels met beveiligde parkeerterreinen laten geen honden toe. We gingen uit het centrum, maar daar konden we geen hotels vinden. We hebben ondertussen elke straat van Rabat wel 2x bereden in beide richtingen, dus we begonnen het op te geven. Het liep al tegen 16:00 uur en de veilige parkeerplek werd minder belangrijk. Uiteindelijk vonden we een hotel die wel honden toelaat, waar de auto niet heel veilig stond en geen elektriciteit was. Maar na 5 uur rondjes in de stad rijden, was dit de hemel op aarde. We zijn nog even de binnenstad (Medina) ingegaan met Klaasje, de border collie, die deze drukte, geuren en geluiden toch wel erg eng vond. We hebben voor heel weinig geld fruit, brood, noga, parfum en eau de toilette gekocht. De volgende morgen stond de landrover nog precies zoals we haar hadden achtergelaten.

Gelijk om 9:00 uur waren we bij de Mauritaanse Ambassade. De heren waren in opperbeste stemming, maar bleven volhouden dat we de paspoorten met visa niet dezelfde dag op konden halen. We wisten dat dat 3 weken daarvoor nog mogelijk was geweest, maar zelfs na enige aansporing “is er echt geen enkele manier dat we ze vandaag terugkrijgen?” kregen we het niet voor elkaar. Het was onmogelijk. En helaas was het vrijdag, wat betekent dat we ze pas maandag op konden halen. We besloten Rabat achter ons te laten en ergens een leuke camping voor het weekend te vinden. We gingen het binnenland in. We zouden richting Fez rijden, ongeveer 200km naar het oosten. Halverwege zou een camping moeten zijn en als dat niks is, dan rijden we door naar Fez. Na een lange zoektocht naar de camping in Meknes, die er niet was, zijn we doorgereden naar Fez. Daar zijn we naar Camping Diamant Vert gegaan. Een hele mooie camping om van vrijdagmiddag tot maandagochtend door te brengen. De temperatuur lag een stukje hoger dan in Rabat (36 tegen 22 graden) en als de zwembaden water hadden gehad, dan was het helemaal perfect geweest. En op deze camping hebben we de eerste Nederlanders sinds Frankrijk gezien! Dit leuke stel heeft ons veel over Marokko verteld. En ze hebben ons allerlei handige tips gegeven en Klaasje goed verwend! Helaas was rond het middaguur op zondag hun vakantie in Marokko afgelopen en gingen ze weer richting Nederland rijden.

Wij hebben dit weekend vooral besteed aan het inrichten van de auto. We waren namelijk nog (lang) niet klaar ten tijde van vertrek en hadden allerlei onderdelen los in de auto gegooid, om deze later nog te bevestigen. Hierdoor lag de auto erg vol. Het monteren van lampen, brandblusser, omvormer enz. heeft ervoor gezorgd dat alle spullen nu netjes op hun plek opgeborgen kunnen worden. Daarnaast heeft Ro de bovenste oliekering in het stuurhuis vervangen, omdat die dagelijks een fles olie lekte. Dat was niet zo handig. Gelukkig is ook dit nu verholpen.

Op de camping liepen veel straathonden en straatkatten. De honden waren erg lief, maar we zijn toch altijd wat voorzichtig dat Klaasje niks van ze kan oplopen. De eerste 2 dagen kregen we veel gezelschap van de honden. Daarna waren ze weg en kwamen de katten en kittens ons gezelschap houden. Wie heeft er tv nodig als je urenlang wordt entertaint door spelende, rennende, boomklimmende, aanvallende en schattige kittens?

    

Tegen het middaguur van maandag zijn we weer terug naar Rabat gereden. Eerst even gemaild en daarna de visa opgehaald. Deze lagen netjes klaar, MAAR ze hadden ons een doorgang gegeven van 1 maand (zoals we wilden), alleen per ingaande op afgelopen Vrijdag!! Dat betekent dat we op uiterlijk 21 november Mauritanië moeten verlaten!! Dachten we eindelijk geen deadline meer te hebben nu we Marrakech vóór 28 oktober makkelijk lijken te halen, komt er een grote deadline bij. Ro’s familie vliegt op 7 november terug naar Nederland vanuit Marrakech, we hebben vervolgens van 8 tot 15 november minimaal nodig om bij de grens van Mauritanië te komen. Dan hebben we nog 6 dagen om er weer uit te gaan. Dat is dus weinig ruimte voor uitstapjes en onvoorziene omstandigheden. Ach, het is Afrika, we zien wel….

Nadat we de paspoorten terug hadden, reden we gelijk de 100 km naar Casablanca. Het was erg mistig in beide steden waardoor we toch maar de tolweg hebben genomen. 15 km onder Casa vonden we al snel een camping, waar we de enige gasten waren. Na een heerlijke maaltijd gemaakt door mijn eigen chef-kok Ro, zijn we weer eens lekker vroeg gaan slapen. In Afrika leef je met de zon. Om 6:00 uur wordt het licht en sta je (op je gemak) op en om 20:00 uur is het alweer 2 uur donker en ga je maar weer slapen. De nachten zijn vaak wel onrustig (lawaai, heet, niet 100% een veilig gevoel of insecten), maar al met al liggen we wel 10 uur per nacht te slapen. En om de een of andere reden lijken we die slaap wel nodig te hebben.

De volgende morgen zijn we, na een relaxte start, Casa ingegaan. We wilden eigenlijk naar de Moskee en de Medina, maar na een wandeling rond de Moskee (of Klaasje mee naar binnen mocht hebben we maar niet eens gevraagd) begon de temperatuur al over de 30 graden te stijgen.

We voelde ons allebei wat slap door het karige ontbijt en gingen voor een (dure) brunch (van € 10). Daarna voelde we ons wel wat beter, maar toch besloten we meteen naar Marrakech te rijden. We hadden een mooie route binnendoor, ramen wijd open (toch bleef het in de auto rond de 43 graden, buiten was het 33 graden) en genieten.

Aangekomen in Marrakech, op dinsdag 27 oktober 2009 rond 16:00 uur, zijn we eerst naar een grote supermarkt gereden. Bij het uitstappen van de auto kwam er een man naar ons toe die vroeg of we nog een camping zochten, nou inderdaad, daar moesten we nog naartoe. Hij zou op ons wachten tot we klaar waren met winkelen. Hij zat inderdaad bij de auto te wachten en reed met ons mee. Gelukkig maar, want we hadden het niet zo makkelijk gevonden zonder hem. We zijn nu op camping Le Relais de Marrakech en hier hebben we ons eerste zwembad MET water gevonden! Gelijk maar een verfrissende duik onder het maanlicht genomen. Hier zullen we de komende 11 dagen nog heel wat dagen zijn en dat vinden wij ab-so-luut niet erg.

Onze mening over Marokko tot nu toe: geweldig land, aardige mensen, prettig om rond te reizen, mooi en heerlijk warm. Marokko is duidelijk in opbouw. Overal schieten woningen, hotels en kantoren uit de grond. Je kan zien dat Marokko erg modern aan het worden is. Daarentegen zie je gelukkig ook nog de traditionele Marokkaanse huizen, mensen rijden op ezeltjes, rijden met paard/ezel en wagen en houden er toch een echte Afrikaanse stijl op na.

Einde deel 1 van Marokko

Begin deel 2 van Marokko

Ik wil dit tweede verslag vanuit Marokko beginnen met een beschamende mededeling. Volledig tegen alles waar ik voor sta in ben ik (tegen mijn zin) op de foto gezet met een aapje. Alles gebeurde razendsnel: we liepen het grote plein (Jamaa El Fna) van Marrakech op, ik werd door een vrouw vastgepakt die met henna op mijn rechterhand begon te tekenen terwijl iemand anders een aap op mijn linkerarm zette. Ik zei tegen beide “NEE” maar daar trokken ze zich niks van aan. Ik weet dat ik slecht reageer op henna (jeuk, irriterende huid) en ik wilde al zeker niet betalen voor het vasthouden van het aapje. De vrouw had mijn hand heel stevig vast. Ik kreeg mijn hand niet los, tenminste, niet zonder de aap te laten vallen. Dus richtte ik me op mijn vader die ondertussen, nietsvermoedend, door een man een aantal meters bij mij vandaan was gehaald en hem werd verteld een foto van mij te maken. Ik riep ook naar hem “NEE”, maar hij kon mij niet horen door al het lawaai op straat. Dus keek ik maar naar de aap. Hij zat kaarsrecht op mijn arm, perfect vooruit kijkend naar voren, zodat hij goed op de foto kwam. Mijn hart brak. Ik praatte zachtjes in zijn oor, maar hij gaf geen enkele reactie. Stoïcijns bleef hij vooruit kijken. Heel even wilde ik met hem wegrennen, maar de strop om zijn nek en de ketting waarmee hij verbonden was met zijn eigenaar, hadden ons niet ver laten komen. Ondertussen probeerde ik nog steeds tegen de vrouw te zeggen dat ze moest ophouden en tegen de man dat ik geen foto en geen aap wilde. De foto was gemaakt, de aap werd weer opgetild, de vrouw liet mijn hand los en papa was weer terug en ik kon zeggen dat ik dit niet wilde. Al bovenstaande had misschien een halve minuut geduurd. De mannen begonnen meteen tegen papa te zeggen dat hij moest betalen voor de foto. Ik zei dat ze echt niks kregen en dat dit dierenmishandeling was. Uiteraard kregen we de nodige scheldwoorden naar ons toe geslingerd, maar dat hielp hun uiteraard niet aan geld. Ook de nodige slangen werden om de nek van Ro gelegd, maar hij begon meteen heeeeel boos tegen ze te doen en dan hielden ze wel op. Het woord “nee” schijnen ze in (heel) Marrakech niet te kennen.

Maar tussen bovenstaande gebeurtenis en het vorige verslag zaten 2 dagen. Het vorige verslag eindigde op dinsdagmiddag. Woensdag hebben we de hele dag nodig gehad om bij te komen van de drukte en zijn we de camping niet af geweest. Op donderdag zijn we ‘s middags boodschappen gaan doen en daarna hebben we rond 17:30 uur mijn vader opgehaald van het vliegveld van Marrakech. Met z’n 3e zijn we de stad ingegaan, maar aangezien wij ook nog niet in de stad waren geweest, wisten we niet zo goed welke kant we op moesten om iets te gaan eten. We kwamen alleen een Aziatisch restaurant tegen, sloegen die eerst over, maar zijn later toch maar teruggegaan. We hadden best honger. Na het eten zijn we naar de camping gereden en zijn we niet veel later gaan slapen. We hadden een tent gehuurd met 3 bedden, omdat dat goedkoper was dan één eenpersoonshuisje + 2 personen op de camping. Maar eigenlijk vinden wij onze daktent toch wel het fijnste. Maar voor Klaasje is een huisje ook wel erg prettig.

De volgende dag, vrijdag, zijn we rustig begonnen. Luieren, zonnen, zwemmen, internetten, eten, drinken en lezen.

Na het middaguur zijn we naar de grote supermarkt gegaan om inkopen te doen voor het weekend. Daarna zijn we de medina ingegaan, dat begon met het eerste verhaal uit dit verslag. Na dit vervelende voorval zijn we rond gaan lopen door alle straatjes en langs alle winkeltjes. Het was wel een beetje veel van hetzelfde en erg toeristisch, ook qua prijs! Op het plein Jamaa El Fna waren ondertussen allemaal eettentjes opgezet, waar wij onze buikjes voor € 2,50 per persoon vol hebben gegeten.

Zaterdagmorgen zijn we redelijk vroeg weggereden op weg naar Ouzoud. Dit ligt ongeveer 160km ten oosten van Marrakech. Het laatste stuk is door de bergen. Bij aankomst op camping Zebra, van Renate en Paul van www.gewoongaan.nl, zijn we nog met z´n vieren (papa, Ro, Klaasje en ik) naar de waterval gaan lopen.

We hebben de 110 meter hoge waterval alleen van bovenaf bekeken, hebben daar gepicknickt en besloten toen terug naar de camping te gaan. We zouden de volgende dag naar beneden gaan. Na een heerlijke maaltijd, bedacht door kok Ro, zijn we in de grote tent gaan zitten. Nadat papa en Ro al naar bed waren hebben Renate en ik nog een tijdje over Afrika zitten praten.

De volgende ochtend zijn we een wandeling gaan maken. Vanaf de camping de berg af en naar de rivier. Daarna hebben we de rivier gevolgd totdat we niet meer verder konden. Er was dit weekend ook een bijeenkomst met veel hippies vanuit de hele wereld, die toevallig in Ouzoud gehouden werd. Langs de rivier stonden allemaal tentjes en overal zaten “hippies”. Erg gezellig allemaal. Het was net of we 40 jaar terug waren gegaan in de tijd. Onderweg konden we ons steeds afkoelen in de ijskoude rivier. In deze rivier werden door de lokale bevolking de kleren gewassen en lieten de kinderen hun ezeltjes hier afkoelen en drinken voordat ze de manden vulden met water om daarmee terug te gaan naar het dorp.

Onderweg kwamen we nog een kameleon tegen. Ro en Klaasje waren er bijna op gaan staan, zo onzichtbaar liep dit toch grote reptiel door het bos. Na ongeveer 3 of 4 uur kwamen we net op tijd voor de lunch weer aan op de camping. De 3 warmste uurtjes van de dag besteedde we aan lezen, eten en drinken. Tegen 4 uur wilde we weer naar de waterval om deze vanaf de onderkant te bekijken. De wandeling van de ochtend was toch te zwaar voor Klaasje geweest, zij liep een beetje moeilijk en wilde blijven liggen. Terwijl wij weg waren heeft Klaasje onder de auto geslapen. De weg naar de waterval toe is alleen maar bergafwaarts. Wetende dat we zo nog 110 meter met de trap naar beneden moesten, met de reeds afgelegde wandeling van de ochtend nog in de benen, was het vooruitzicht op de terugweg niet rooskleurig. Halverwege de waterval zagen we de eerste aapjes. Deze woonde waarschijnlijk in de berg rond de waterval, want je zag ze overal tegen de berg lopen. Maar hun voedsel haalde ze (deels?) uit de afvalemmers. Met wat geduld wilde ze de grassprieten die je voor ze hield wel aanpakken, maar meestal gingen ze ongestoord verder met het plukken van hun eigen grassprietjes. Hier horen deze aapjes thuis, niet om foto’s van te maken op een druk plein in Marrakech!

Helemaal onderaan aangekomen was het uitzicht fantastisch. De waterval is buitengewoon spectaculair.

Toen de zon al bijna aan het ondergaan was moesten we opschieten om voor het donker terug te zijn op de camping. Het gebied heeft veel wilde honden en deze zijn zeker niet ongevaarlijk. Na 10 treden begonnen mijn benen al te verzuren. Dit voorspelde weinig goeds. De klim omhoog was lang, maar nog NET te doen. Maar het ezeltje dat voor ons uit sjokte zonder eigenaar zag er toch wel aanlokkelijk uit. De eigenaar kwam ons al voorbij en sprong erop. Ze waren niet veel sneller dan wij, maar de eigenaar zag er toch minder uitgeput uit als wij bovenaan 😉

Als er een taxi had gestaan, had ik die genomen, maar helaas, de asfaltweg naar de camping moest ook omhoog geklommen worden. Klaasje lag nog heerlijk onder de auto te slapen toen we net na zonsondergang aankwamen.

De volgende ochtend “moesten” we helaas weer weg van deze geweldige omgeving. We hebben de langere terugweg door de bergen genomen, die volgens mijn vader en Ro bijzonder spectaculair was, maar aangezien ik achterin zat kon ik alleen de bergwand omhoog zien. Maar gelukkig kon ik later de foto’s zien. Haha, nee hoor, soms stopten ze zodat ik ook even kon kijken. Heel attent van de heren!

Halverwege de rit terug naar Marrakech begon ik me erg beroerd te voelen. Het geschud in de auto terwijl je zijwaarts rijdt, zorgde ervoor dat ik wagenziek werd. Ik denk dat de lariam die ik de dag ervoor had geslikt (de 2e pil) me duizelig maakte. Ik kreeg keelpijn, werd schor en verkouden. Misschien toch gewoon de griep? Malaria kan het gelukkig niet zijn, want dat komt niet voor in Marokko. In Marrakech reden we gelijk door naar het vliegveld waar Rose (Ro’s zus), Johan en Emil waren aangekomen. Achter hun taxi zijn we aangereden naar het hotel. Daarna zijn we met z’n 6e de stad in gegaan. Na het eten hebben wij Emil (4 jaar) meegenomen naar onze camping, zodat Rose en Johan een avond en ochtend “alleen” te besteden hadden in Marrakech. Wij hebben ons met z’n 5e (papa, Ro, Emil, Klaasje en ik) prima vermaakt in de tent.

De volgende dag hebben we eerst pannenkoeken gebakken en zijn daarna gaan zwemmen. Rond half 1 zijn we naar Marrakech gereden, waar we met z’n 6e zijn gaan lunchen. Om half 5 moesten we weer op de luchthaven zijn, omdat papa’s vliegtuig hem om 18:10 uur naar huis zou vliegen. Afscheid nemen blijft moeilijk. Gelukkig hebben we erg leuke dagen gehad. Papa heeft veel van het land kunnen zien, maar ook kunnen genieten van de zon en vrije tijd. Het waren 5 bijzonder leuke dagen die we snel in een ander land hopen te herhalen.

Nadat papa door de douane was gegaan zagen we dat het toestel waar Ro’s ouders en 2 zussen in zouden zitten al was geland. We konden dus wel even wachten. Een half uur lang hebben we naar Tom en Jerry gekeken (jeugdsentiment + tv sinds 3 weken, dus wij vermaakten ons wel) voordat ze door de deuren kwamen. Lang was het weerzien niet, want wij zouden teruggaan naar de camping en later terugkomen. Maar de stad was erg druk en het duurde ruim een uur voor we op de camping waren. We waren moe en moesten nu toch voor de nacht op de camping betalen, omdat het al 19:30 uur was. We besloten vroeg naar bed te gaan en de volgende morgen naar het hotel te gaan.

Om half 9 reden we weg van de camping, maar moesten nog even langs de supermarkt. Tegen half 11 waren we bij het hotel. De ochtend hebben we besteedt door het bezoeken van de vele kraampjes en het nuttigen van de plaatselijke voedsel. Na de lunch hebben we een mooie tuin in Marrakech bezocht, waarna we naar het hotel terug zijn gegaan. Na een korte rustpauze zijn we weer met z’n 9e de stad in gegaan, waar we heerlijk hebben gedineerd. Na het diner nog even ergens muntthee gedronken en daarna terug naar het hotel voor een heerlijke nacht in een koele kamer!

Het is erg fijn om weer samen met familie te zijn. We waren nog geen 2 weken weg toen papa kwam en nadat iedereen weer weg was waren we 3 weken en 1 dag onderweg. Toch voelt het al alsof we  al heel lang weg zijn.

De volgende ochtend zijn Ro en ik achter de taxi van de rest aangereden het atlas gebergte in.

Na anderhalf uur rijden kwamen we aan, vlakbij de Toubkal berg (hoogste berg van Marokko). Onderaan in het dorp moesten we de auto achterlaten en zijn de spullen op 2 ezeltjes geladen. Zij brachten de bagage naar boven en wij mochten er achteraan lopen. Gelukkig was het nog lang niet bovenop de berg, maar toch een kwartiertje omhoog lopen. De Kasbah Du Toebkat was een heerlijke plek om te verblijven.

Het is een soort all-inclusive, maar je krijgt voornamelijk wat de pot schaft. Wij hadden met z´n 9e één grote Berberkamer. De kamer had rondom banken die ook als bed diende. Er stonden 7 bed/banken volledig rondgebouwd. Ook was er precies in het midden een trap naar een lage vliering waar precies 3 matrassen aan beide kanten tegen elkaar aan op de grond lagen. En er waren heel veel dekens om tijdens de koude nachten warm te blijven.

Overal waren open haarden om je op te warmen. In de “bibliotheek” was het het warmste en daar was (gratis) draadloos internet. We hebben daar heel wat uurtjes gelezen, gekaart, geinternet en gepraat. Ook het dakterras was een heerlijke plek om te lunchen, kaarten of van het uitzicht te genieten.

Helaas moesten Rose, Johan en Emil de volgende ochtend al vroeg vertrekken naar het vliegveld. Van hun vertrek om half 5 hebben wij weinig meegekregen. Na een rustige start hebben we met z’n 6e een wandeling gemaakt, waarbij wij, Klaasje en Ro’s moeder eerder terug zijn gegaan.

Het klimmen werd ons toch teveel. Wij zijn op het dakterras van de Riad gaan kaarten. Nadat we weer tezamen waren hebben we samen in de “bibliotheek” gekaart en gelezen. ‘s Avonds zijn we, na de warme maaltijd die we met alle andere gasten geserveerd kregen, nog met z’n 4e naar de Hamman gegaan. Dat is een soort stoomcabine met heet en koud water en een ijskoud dompelbad. 3 weken stof, zand en modder hebben we daar achtergelaten. Daarna vielen we uitgeput vroeg in slaap.

De volgende morgen zijn we na een lekker lang ontbijt nog even naar het dorp beneden gelopen. Bij de tocht terug omhoog voelde we onze, blijkbaar nog steeds vermoeide benen, al vrij snel en de klim was niet zo makkelijk.

Na een uurtje in de tuin te hebben gezeten heb ik de foto’s van Marokko op de website gezet en daarna zijn we gaan lunchen. Na de lunch was het voor Ro’s ouders en zussen tijd om te gaan. Met z’n allen zijn we naar beneden gelopen. Ro en ik waren nog in dubio wat we zouden doen. Het was ondertussen al bijna 15:00 uur en de zon zou om 18:00 uur onder gaan. De weg door de bergen zou nog zo’n kleine 150km zijn en wij rijden waarschijnlijk maar 40km/uur. Een simpele rekensom vertelde ons dat wij dit niet voor het donker zouden halen. Volgens de mensen van de Kasbah zouden er geen hotels meer zijn totdat we de bergen uit zouden zijn. En op een bergweg kamperen is natuurlijk geen optie. We besloten te blijven en de volgende ochtend te vertrekken. De camping was een eind de berg op en kostte 60 Dirham. De auberge waar we stonden kostte 80 Driham. We besloten de kamer te nemen, zodat we morgenochtend vroeg weg kunnen.

Einde deel 2 van Marokko

Begin deel 3 van Marokko

De kamer waar we sliepen was ijskoud. We kregen er 8 dekens bij! Koud, een beetje verlaten en eenzaam zaten we op de kamer. Het was heel raar om weer met z´n drieën te zijn. Het was pas 15:00 uur, maar er was verder niks te doen. Nadat we het vorige verslag op de website hadden gezet en wat mails hadden beantwoord, zijn we op zoek gegaan naar een restaurant MET open haard. Gelukkig vonden we die uiteindelijk en daar hebben we gezeten tot we naar bed konden.

De volgende morgen was er niemand die ons de 20 Dirham wisselgeld voor de kamer kon teruggeven en zijn we maar vertrokken. De auto was al die tijd door dezelfde oude man bewaakt voor 20 Dirham (€ 2) per dag. We gaven hem 100 Dirham ipv 60 Dirham en hij was er erg mee in zijn nopjes. De voorruit werd zelfs gratis (iets) schoner gemaakt. En wij waren blij dat hij goed op ons enige bezit / huis heeft gepast.

Op de parkeerplaats stond ook een Frans meisje te onderhandelen met taxichauffeurs. Blijkbaar lukte het niet goed, want ze vroeg of ze met ons mee mocht rijden. Dat was prima, maar dan moest ze wel bij Klaasje achterin. Rugzakken erbij en volgeladen gingen we de bergen in. Toevallig zouden wij dwars door de stad rijden waar zij heen wilde, dus ze kon helemaal mee. Van Imlil naar Taroudant was slechts 200km, waarvan het merendeel dwars door het atlas gebergte ging. Na uren slingerend over bergweggetjes rijden waar ECHT maar 1 auto op past, terwijl het tweerichtingsverkeer is en er geen vangrails zijn, was ik één brok zenuwen. Het uitzicht was grandioos, maar de afgrond ook heel eng recht naar beneden. Het asfalt brokkelt aan de zijkanten af en daar zit dan ook geen grond meer onder. Dus deze gaten in de weg kun je maar beter omzeilen. Op meerdere punten was duidelijk dat dit niet iedereen gelukt was.

Bijna de hele route hadden we de buitenbocht, waardoor je aan de afgrond kant tegenliggers passeert. Heel soms draaide we zo om een berg dat we aan de bergwand kant reden. In één van deze sporadische bijna 360graden draaiende bocht kwam er met een veel te harde vaart een tegenligger van de berg omlaag door de binnenbocht. Hoe Ro het deed weet ik niet, maar hij stuurde richting berg (en richting auto) en ging daar strak langs rijden. De tegenligger maakte een zwiep richting afgrond, zwiepte al remmend om ons heen en kon nog net de bocht maken (voor zover wij konden zien). Dat scheelde heel weinig. En is niet goed voor mijn niet zulke stalen zenuwen. Gelukkig blijft Ro dus rustig in zulke situaties. Ik had de auto zo van schrik onderaan de berg geparkeerd….

Na 4 uur stonden we op de correcte wijze onderaan het gebergte. Zowel Sonja als ik waren bijzonder opgelucht. Het laatste stuk ging soepel en snel en net na lunchtijd kwamen we aan in de stad. Voor de laatste keer zouden we uit eten gaan en daarna is het afgelopen met deze luxe. Een oude man bracht ons naar een restaurant, waarna we hem hebben gevraagd mee te eten. Wat hij erg op prijs stelde. Hij wilde ook met ons meerijden om de camping te wijzen, maar dat wilde we liever niet. Dus met de geruststelling dat we het wel zouden vinden zijn we met allemaal instructies op pad gestuurd. 2 straten verder waren we al verdwaald en bedachten we dat het wellicht leuker/handiger is als we gelijk doorrijden naar de kust. Dus richting Agadir en 20km boven Tiznit zijn we naar een camping gereden. Vlak voor zonsondergang stonden we op het strand om te genieten van de oceaan, strand, zonsondergang, 2 nieuwe hondenvriendjes en elkaar. Terug bij de auto begon mijn grieperige gevoel steeds meer door te zetten en wilde ik vroeg (meteen) naar bed. Een paar uur later was ik erg ziek. Ik denk dat ik de griep had, maar dan erger dan ik ooit had gehad. Ik was misselijk, had diarree en hoge koorts. Dit lijkt mij een goed moment om onze daktent uit te leggen: wij gaan onze daktent in en uit via het dak van de auto. Er zit een gat in het matras en daarin ligt een luik met een stuk matras erop. Als we gaan slapen dan gaat daar een hoeslaken overheen en merk je niks van dit luik. Dit luik zit in het midden van de breedte, op 1/3 van de lengte. Dus ongeveer waar je bovenbeen en knie liggen. Als je er ‘s nachts uit wilt, dan moet het hoeslaken eraf, de ander moet zijn benen weghalen, het luik moet eruit getild worden, je moet je door het gat laten zakken waar je op de koelbox komt te staan. Dan moet je het stukje gangpad in stappen waar Klaasje ligt. Ook haar drinkbak staat hier, dus daar wil je ook niet in stappen. Als je één voet bij Klaasje haar hoofd hebt staan en de andere tussen haar benen, dan kun je met je hand achter een schot friemelen, totdat je het slot eraf hebt. Daarna kun je opnieuw friemelen om de deurklink te pakken te krijgen en de deur te openen. Van de kast pak je je slippers die je om je voeten dient te monteren, voordat je op de voetsteunen aan de auto gaat staan en stap je op de grond. Dit doen wij iedere ochtend en dat gaat eigenlijk prima. Klaas is dan uitgeslapen, wil vaak ook mee naar buiten en gaat dus wat aan de kant en je hebt geen haast. Als je met een noodgang naar een toiletgebouw wilt gaan, is het een ander verhaal. In je warme dekentje is dit geen prettig vooruitzicht, waardoor je het dus langer rekt dan goed voor je is. Eenmaal uit de auto liep er steeds een man achter mij aan richting toiletgebouw en Ro, die vanuit het raam meekeek vertrouwde het steeds niet, waardoor hij gezellig elke keer meeging. Na een lange lange nacht kwam eindelijk de lange lange dag. Ro heeft nog wat gewassen en opgeruimd terwijl ik de hele dag in bed lag, maar tegen de avond begon hij zich steeds zieker te voelen. Om 20:00 uur had ik genoeg van de diarree en heb een norit genomen. Dit werkte vrij snel. En eindelijk kon ik in de daktent blijven. Helaas voor Ro was dit het teken waarop hij het toiletgebouw mocht gaan opzoeken. De eerste keer ben ik met hem meegegaan, omdat hij ook steeds met mij meeging, maar hij werd niet achtervolgd door een man, dus durfde ik hem daarna met een gerust hart alleen te laten gaan. Bovendien waren we de enige gasten op de camping en hadden we nog 2 extra waakhonden onder de auto liggen, naast de waakhond in de auto. Ro had er na 1x lopen al genoeg van en nam gelijk de Norit. Helaas voor Ro werkt dat niet zo, want de Norit kwam er even later netjes weer uit.

De volgende morgen heb ik geprobeerd voor Ro te zorgen, maar ik voelde me nog behoorlijk belabberd. Het merendeel van de dag hebben we samen in de daktent gelegen, terwijl Klaas met haar 2 vriendjes over de verlaten camping wandelde.

Ook deze lange nacht en dag zijn voorbij gegaan en de derde nacht is het luik niet open geweest. De volgende dag lukte het mij eindelijk om iets van water binnen te houden. Drie dagen lang moest ik meteen overgeven bij één slokje water, laat staan een glas ORS, waardoor ik erg uitgedroogd was. Ook Ro was er niet best aan toe. Bij de camping was verder niks, dus we konden ook geen eten halen (niet dat we wilden eten). De volgende morgen besloten we voorzichtig naar Tiznit te rijden en daar op de camping te gaan staan. Dat was maar 30km en dan waren we weer in de bewoonde wereld. Na afscheid te hebben genomen van de hondjes zijn we met z’n 3e verder gegaan. In Tiznit reden we gelijk naar de camping, hebben de auto neergezet en zijn gaan liggen. Na een paar uur begonnen we ons iets beter te voelen en zijn we boodschappen gaan doen. We hebben geprobeerd iets te eten, maar kregen het niet weg. Alleen een klein beetje yoghurt. Ondertussen hadden we wel contact gehad met Mark en Marga (www.3maatjesopreis.nl) en Gerrit en Jorina (www.togetherforafrica.nl) en zij waren slechts 100km noordelijker van ons. Ze zouden de volgende morgen door Tiznit rijden, waar wij op ze zouden wachten. Na een goede nachtrust waren we de volgende morgen echt opgeknapt en klaar voor de gezamenlijke reis. We hebben eerst boodschappen gedaan, toen even snel e-mails binnen gehaald en Ro moest nog even langs een autowinkel. En daar kwamen ze aan. Wat heerlijk om weer Nederlands (met anderen) te praten en wat fijn om niet meer alleen te hoeven rijden. Het zou niet lang meer duren voor we de Westerlijke Sahara in zouden gaan en de vele politieposten tegen zouden komen, dus met meer mensen voelt dat een stuk veiliger. En uiteraard veel gezelliger. We wilden deze dag ongeveer tot Tan Tan komen. Vlak daarvoor zou een camping zijn. Bij het verlaten van het asfalt, en na een klein stukje piste rijden, vonden we het daar al zo mooi dat we besloten daar (gratis) te blijven staan. Onze eerste bush-camp is een feit.

Na een heerlijke maaltijd (de eerste na 4 dagen) hebben we nog van de vele sterren en Melkweg genoten. Wat is Afrika toch mooi!

De volgende morgen zijn we iets na 7 uur vertrokken, maar helaas was het vrijdag de 13e. We kwamen niet zo ver als gepland deze ochtend. De genderarmie- en politiestops hielpen uiteraard ook niet, maar dat was helaas niet alles wat tegen zat. Het begon bij de eerste politiepost waar we vlak voor gekampeerd hadden. Tijdens deze stop werd er een hond aangereden door een passerende (vracht)auto. Het gekerm van het teefje ging door merg en been. Ze had duidelijk verschrikkelijk veel pijn. Ik vroeg de agent om haar dood te schieten, zodat ze deze lijdensweg niet langzaam hoefde te doorstaan, maar dat gingen ze niet doen. Ik mocht wel over haar heen rijden. Waarschijnlijk was dat het beste geweest, maar (helaas?) had ik daar de moed niet voor. Ik liep naar haar toe, maar durfde haar niet te aaien, omdat ik niet weet of ze überhaupt geaaid kan/wil worden en een dier in pijn maakt al helemaal rare sprongen. Haar darmen lagen op de weg. Even later begon het bloed uit haar mond te stromen en wist ik vrij zeker dat ze er snel in zou stikken. Het kermen hield op en ze was dood of bewusteloos. Hoe dan ook duurde het te lang.

Niet lang daarna zag Gerrit een stopbord volledig over het hoofd. Hij reed voorop en reed er zo langs. Uiteraard staat er na het stopbord politie die er goed op toeziet dat de bandjes volledig stil hebben gestaan. In Gerrit’s geval hadden ze dat bij lange na niet gedaan. Gelukkig stopte Ro en Mark daarna wel. Gerrit werd tegengehouden en wij mochten door. Een stuk verderop stonden we te wachten en uiteindelijk kwamen ze eraan: een boete van 400 Dirham (€ 40). Elke verkeersovertreding in Marokko kost 400 Dirham. Niet lang daarna rijden we we van een heuvel af als er uit de buurt van onze nieuwe versnellingsbak een harde knal komt. En daarna begint de versnelling te ratelen. Dit gebeurde precies op het hoogste punt van de heuvel als we naar beneden gaan. Het enige wat ik denk is: “doen de remmen het?”, dus dat heb ik een paar keer gevraagd, geroepen of misschien alleen maar gedacht; ik weet het niet meer. Gelukkig bleek de auto niet goed in de lage giering te zitten, waardoor die eruit was geschoten. Dit was snel opgelost en we konden weer door. Al met al hebben we deze ochtend niet zoveel kilometers gemaakt. In de middag gingen we gelukkig een stuk sneller. Vóór het donker werd zijn we ergens langs de kant van de weg, midden in de Westerlijke Sahara gestopt, samen met 2 motorrijders, en hebben we hier de nacht doorgebracht. Op zaterdag wilde we de laatste 600km tot de grens gaan afleggen. Frans en Joke lieten ons weten dat zij op het laatste tankstation stonden, samen met een Duits stel. Dit was 70km voor de grens. We hebben de hele dag gereden en we hebben het gehaald. De laatste nacht in Marokko brachten we door met z’n 10-en.

De volgende morgen vertrokken we met 5 auto’s naar de grens.

 

Het bleek een mooie dag om ons record “langste grensovergang” te breken en helaas heb ik het niet over de afstand. We waren om 9:45 uur bij de grens, waar we in een lange rij auto’s aan mochten sluiten. Er bleek een Senegalese feestdag aan te komen en de Senegalezen wilden naar huis. Het was druk! Na bijna 4 uur waren we Marokko uit en bevonden we ons in niemandsland. De 3km piste tussen Marokko en Mauritanië was altijd een gevaarlijke weg, omdat het vol mijnen ligt. Het is een kronkelweg, waarbij je voorheen van waypoint naar waypoint moest rijden. Tegenwoordig is het overduidelijk waar iedereen gereden heeft en is het vrij simpel om er door heen te rijden. Het is wel een slechte weg en een Frans stel had zich met een personenauto ingegraven, maar werd door onze nieuwe Duitse vrienden Lilly en Stephan bevrijdt. En daarna mochten we in dezelfde rij aansluiten waar we de hele ochtend in hadden gestaan, maar nu om Mauritanië in te komen. Het is midden in de Sahara, gelukkig maar 35 graden en nergens een boom of schaduw te vinden. Het was zondagmiddag 15 november 2009 13:30 uur toen we in deze rij aansloten.

Einde verslag Marokko

Volgend verslag: zie Mauritanië

© Copyright - Fundisa Weddings | Iris Diekstra, e-mail: iris@fundisa-weddings.nl, telefoonnummer 06 3308 1443 (ook WhatsApp)