IMPI’s ADVENTURES

Reisverhalen

Zuid Afrika

We hebben een overzicht gemaakt met alle gegevens en kosten over het vliegen met een hond van Accra naar Johannesburg (of Nairobi) en het verschepen van een auto van Accra naar Durban (of Mombasa). Voor meer info, klik hier.

Dinsdag 2 maart waren we dus om 7:00 uur geland in Johannesburg. We wilden zo snel mogelijk naar Klaasje en vroegen een stewardess waar we heen moesten. Ze zei dat we het aan het grondpersoneel konden vragen. Maar er was geen personeel te bekennen en we liepen zeker 15 minuten voordat we bij de koffers kwamen. We vroegen het aan minstens 10 mensen en niemand wist het zeker en iedereen stuurde ons ergens anders naartoe. Een paar mensen zeiden dat we de luchthaven uit moesten en een taxi moesten nemen naar Cargo. Achter de douane vonden we niks anders, dus besloten we eruit te gaan. Daar vroegen we het weer en werd ons verteld dat we achter de douane moesten zijn. En teruggaan is niet zo makkelijk, maar lukte uiteindelijk, terwijl Ro met de koffer achter bleef. Maar ook hier wist niemand waar ze was, dus maar weer terug. Na de nodige telefoontjes moesten we toch met de taxi naar Cargo. Daar aangekomen werd ons verteld dat de staatsdierenarts haar nog moest bezoeken en dat deze dierenarts haar naar het quarantainestation brengt. Ze hadden om half 8 gebeld dat Klaasje er was, maar nu, om half 9, was er nog niemand. We vroegen of we haar mochten zien, maar daar mochten geen bezoekers komen. Maar gelukkig zag die vrouw in dat we haar ECHT HEEL GRAAG wilden zien en riep ze haar chef. Hij liep met ons mee en daar stond haar kennel in een grote ruimte, helemaal leeg op haar en 2 andere kennels na. We opende de deur en ze kwam er gelijk uit. Eigenlijk mocht dat niet, maar de chef zei er niks van. We bleven 10 minuten bij haar en stopten haar weer terug in de kooi. De chef was er de hele tijd bijgebleven en leek geen haast te hebben. Daarna begon het wachten op de dierenarts. Rond 10 uur kwam ze eindelijk. Het was een bijzonder chagrijnige en ongezellige persoonlijkheid, maar volgens de vrouw achter de balie was ze vandaag in een goede bui. Normaal was ze veel erger. Toen bleek dat de auto die ze mee had genomen te klein was voor de kooi van Klaas en dus ging ze weg met de mededeling dat de heer Limba haar op zou komen halen. We zeiden dat Klaas echt even moest plassen, want ze zat al zo lang in de kooi. Ze zei tegen de vrouw achter de balie dat zij met ons mee moest en dat we max 5 minuten hadden en alleen aan de achterkant even naar buiten mochten. Daarna vertrok ze. De vrouw liep met ons mee en leidde ons daarna naar de voorkant waar een groot grasveld was. Daar mocht Klaas rennen, spelen en haar behoefte doen. We bleven zeker 20 minuten buiten, voordat we terug gingen om haar in de kooi te stoppen. Daarna hebben we gewacht, gebeld, gewacht, gebeld, maar hij kwam haar niet halen. Pas om 13:00 uur kwam hij aanzetten, net toen ik een beefmenu had gehaald om aan haar te geven, samen met de antibiotica. Het was nogal een forse maaltijd en toen ze op een vorkheftruk werd voorgereden deden we de medicijnen erin en begon ze langzaam te eten. Limba leek het nogal langzaam te vinden, maar het interesseerde ons heel weinig. Ze mocht alles rustig opeten voordat we haar aan hem meegaven. Toen ze wegreden zorgde de vrouw van achter de balie voor vervoer voor ons en die bracht ons naar de Shoestring Airport Lodge.

Het was zo leuk om hier weer terug te zijn. Er was weinig veranderd en het was leuk Rob en zijn familie weer te zien. Rob bracht ons naar onze kamer en de rest van de dag hebben we geslapen. We zijn nog even wakker geweest om pizza te bestellen en op te eten, maar daarna sliepen we weer verder.

    

Woensdag 3 maart zijn we naar het quarantaine station gegaan om te vragen of alles duidelijk was wat betreft haar medicijnen en om te vragen of het goed met haar ging. Zoals verwacht mochten we haar niet zien, maar ze zeiden dat het prima met haar ging. Haar bloed zou zo worden afgenomen en we mochten vrijdagochtend om 10:00 uur bellen voor de uitslag. Als alles goed is mogen we haar daarna ophalen. Daarna werden we afgezet bij het winkelcentrum, waar we bijna geen raad met onszelf wisten. Ze hadden er werkelijk alles, tegen normale prijzen of zelfs heel goedkoop. Bij het bakkerij gedeelte van de supermarkt rook het zo lekker dat ik wel kon huilen. Verse lekkere broodjes, yoghurt, kaas, vruchtensap en, zeker niet onbelangrijk, betaalbare cola light. We kochten van alles. Daarna keken we welke films er in de bioscoop draaide en wat een kaartje kost. Dat was maar € 2,50 per persoon, dus dat wilden we zeker binnenkort gaan doen. Rob heeft ons opgehaald en terug in zijn lodge hebben we gekookt, gegeten en zijn we gaan slapen.

Donderdag 4 maart hebben we eigenlijk alleen maar geshopt en we zijn naar de film geweest midden op de dag. Elke film draait 3x per dag en elke film heeft zijn eigen zaal. Logischerwijs was er op donderdagmiddag rond 2 uur dus bijna niemand. We zijn naar “It’s complicated” geweest. Daarna weer verder geshopt en allerlei dingen gekocht die we al 4,5 maand niet hadden gehad. Ro heeft 6 T-shirts gekocht, omdat de meeste van zijn T-shirts kapot of echt smerig waren en omdat ze t-shirts hier bijna gratis weggeven, zo goedkoop. ‘s Avonds maar weer pizza besteld, omdat dit de beste pizza’s zijn die wij ooit hebben gegeten.

Vrijdag 5 maart mochten we dus om 10:00 uur bellen of we Klaassie op mochten halen. Bijna niet geslapen van de zenuwen en de laatste 2 uur gingen wel heel langzaam. Om half 10 had Ro het blijkbaar gehad, want terwijl ik met Angelique aan het mailen was, had hij stiekem al gebeld. We mochten haar op komen halen!!!!!

Rob heeft alles laten vallen om ons meteen te brengen en we zijn zo snel mogelijk naar haar toegegaan. Het zijn ambtenaren daar, dus het duurde een eeuwigheid voor we haar hadden, maar uiteindelijk werd ze in haar kooitje op een karretje voorgereden. We opende de deur en we hadden haar nog nooit zo vrolijk gezien. Ze was buiten zinnen van vreugde. Dit was niet normaal. Normaal als ze ons een tijdje niet heeft gezien zegt ze gedag. Toen we haar ooit 4 weken niet hadden gezien was ze even heel enthousiast, maar daarna gaat ze weer verder met haar eigen dingen. Maar zoveel vrolijkheid hadden we nog nooit gezien. We liepen met haar naar het gras waar ze begon te plassen en poepen. Even later bij Rob thuis begon ze weer te poepen. Een uur later had ze diarree en die avond poepte ze nog twee keer. Ook de dagen hierna bleef ze veel poepen. We hadden tegen de quarantaine mensen gezegd dat Klaas alleen op gras of aarde poept en plast en dus niet op stenen. Ze verzekerde ons dat elk verblijf zijn eigen stukje gras had. We hebben erop gehamerd dat ze het misschien zelfs daar niet op doet, omdat ze het nooit in haar woongedeelte zal doen. Ze zeiden dat ze dan zouden gaan wandelen. Maar ze heeft deze vrijdag zoveel gepoept, dat we denken dat dinsdagmorgen de laatste keer was dat er iets uit was gekomen. Arm ding.

De hele middag hebben we met haar in de grote tuin van Rob gespeeld en ze leek onuitputtelijk. Ze week niet van onze zijde en vertrouwde ons voor geen meter. Volgens mij dacht ze dat we haar zo weer in de kooi zouden stoppen. De kooi hebben we gelijk bij Rob in de schuur gezet zodat ze die voorlopig niet meer hoeft te zien of te ruiken. Het duurde een paar dagen voordat ze ons weer helemaal vertrouwde.

Zaterdag 6 maart zou de stiefzoon van Rob met ons meegaan met het openbaar vervoer naar het Apartheid Museum. Je kan uiteraard ook een taxi nemen, maar dat is best duur en we wilden Johannesburg wel een keer met het openbaar vervoer doen. Het was een uur enkele reis en we moesten 3x overstappen. Als we dit zelf hadden moeten doen, dan waren we er nooit gekomen. Het was zo onoverzichtelijk, druk, onlogisch, snel en nergens staan borden of bestemmingen. De busjes rijden achter elkaar door, dus je hebt amper overstaptijd. In het begin vond ik de busjes wel een beetje eng, want ze rijden best hard en lomp en je zit als een sardientje in blik ingepakt. Aangekomen bij het museum zijn we met z’n 2e naar binnen gegaan, omdat Funny niet mee wilde. Het museum was heel indrukwekkend en leerzaam en een echte aanrader. Er waren ook heel veel tv schermen waarop per tv hetzelfde stuk steeds herhaald werd. En het daadwerkelijk zien is toch veel duidelijker dan de tekstborden. Een plaatje zegt meer dan 1000 woorden was hier zeker van toepassing. Daarna zijn we weer met de busjes terug naar de Shoestring Lodge gegaan, begeleid door Funny.

De middag hebben we met Rob’s dochter en Klaasje spelend doorgebracht. Zijn dochter Jackie is 8 jaar en ze was/is heel bang voor honden. Op vrijdag durfde ze niet dichter dan een meter bij Klaas te komen, op zaterdag durfde ze haar te aaien en op zondag durfde ze Klaasje kusjes te geven en de bal uit haar mond te pakken.

  

Zondag 7 maart hebben we nog wat inkopen gedaan, zoals een tent en een matje om op te slapen en de rest van de dag hebben we met Klaasje en Jackie gespeeld.

Maandag 8 maart was de dag dat we de Shoestring Airport Lodge gingen verlaten. Om 9:45 uur bracht Rob ons naar de luchthaven waar de huurauto voor ons klaar stond. Daarna zijn we weer terug naar de Lodge gereden om Klaasje en onze spullen op te halen. We mochten de reisbench van Klaasje bij Rob laten staan, dus dat ding hoeven we niet mee te slepen. We halen het op als we weer in Johannesburg zijn.

Met een beetje tegenzin verlieten we de Lodge, wetende dat we snel weer terugkomen. We reden richting Pretoria en van daaruit naar Rustenburg. We hebben veel file gehad, maar kwamen er rond 15:00 uur aan. We waren op weg naar een B&B waar je ook mag kamperen. Maar daar aangekomen bleken ze aan het verbouwen te zijn en kamperen was op het moment niet mogelijk. We wilden onze nieuwe tent uitproberen, dus we vroegen of er ergens een camping in de buurt was. Een man op het terras ging voor ons rondbellen, maar vond niks waar ook een hond bij mocht. Toen zei hij dat we ook in zijn tuin mochten kamperen. Bernard was de eigenaar van het tankstation / autowinkel hiernaast en had nog wel even tijd om ons naar zijn huis aan de andere kant van de stad te brengen. We besloten achter hem aan te rijden en even te gaan kijken. Het grote huis waar we bij stopte was van zijn vader. Hij lag zelf momenteel in scheiding en woonde in het huisje achter het grote huis. Eromheen lag een grote mooie tuin waar we onze tent mochten neerzetten. We besloten te blijven en terwijl zijn honden vriendjes aan het worden waren met Klaasje, ontmoetten wij zijn vriendin Kristie, die 27 jaar oud was, terwijl Bernard ver in de 50 was. Ze deed een beetje raar en leek onder invloed van iets. Maar ze was heel aardig en vroeg of we met haar een DVD wilde kijken. We zette de tent op en Bernard haalde stoelen, lampen, onderzeil, opblaasmatrassen met pomp en allerlei handige dingen voor ons om te lenen.

  

Hij haalde een verlengsnoer zodat we stroom hadden en we mochten zijn keuken en badkamer gebruiken. Daarna ging hij weer terug naar zijn werk. Kristie vroeg of we de film “case 39” kwamen kijken en in hun piepkleine huisje hebben we die gekeken. Ze was duidelijk onder invloed van iets en ze sliep de halve film. Ro zei later dat hij een zakje voor een injectienaald had zien liggen en dat hij dacht dat ze heroïne of cocaïne gebruikt had. We kregen een soort Smirnoff Ice van haar en konden haast niet weigeren. Het was een goede film en tegen het einde kwam Bernard terug. Ze vroegen of we mee uit eten wilden en we besloten mee te gaan. Maar ik wilde Klaas niet alleen in het donker in de tuin laten, dus gingen we naar een plek waar ze mee kon. Bovendien was dat een goed excuus om met onze eigen auto te gaan, want ze zeiden dat we met hun mee konden rijden. Ik wilde dat niet, want voor hetzelfde geldt zuipt hij de hele avond en daarna moet je nog terug en zei dat Klaasje alleen in haar eigen speciale mandje in de auto vervoerd kon worden. Ze drongen niet verder aan.

We hebben heerlijk gegeten en het was een gezellige avond. Dat Kristie zwaar onder invloed was, dat was mij zelfs duidelijk. Ze verdween regelmatig naar de wc en had allemaal kleine wondjes tussen haar vingers en in haar elleboog. Maar uiteraard viel het mij niet op dat Bernard na zijn 2 bezoekjes aan de wc ook onder invloed terugkwam. Mij vallen dat soort dingen zelden op. Ro zei later dat hij steeds zijn neus aan het ophalen was en waarschijnlijk cocaïne had gesnoven op de wc. Na het eten stond Bernard erop dat hij zou betalen. We verzekerde hem dat dat niet nodig was, maar ook deze keer stond hij erop. Ze waren beide heel vriendelijk, aardig en behulpzaam, maar ik was heel blij dat we in onze eigen auto waren gekomen. Terug bij het huis besloten we meteen te gaan slapen en we vielen ook vrij snel in slaap.

Dinsdag 9 maart was een hele lange dag. We waren vroeg wakker en rond 7:30 uur hadden we de tent opgeruimd en waren we klaar om te vertrekken. Bernard had gezegd dat hij rond 5:30 uur naar zijn werk zou gaan en Kristie sliep nog, dus konden we geen gedag meer zeggen. We hebben een bedankbriefje en een fles wijn voor ze achtergelaten en zijn vertrokken.

We wilden eerst in Rustenburg en omgeving kijken voor een leuke overnachtingsplek voor mama en Henry. We vonden 3 hotels vlak buiten de stad, waarvan 1 meer een kasteel was. De prijzen vielen op zich wel mee (alle drie rond de € 90 per kamer per nacht voor de meest luxe kamer), maar was veel te veel voor ons. Wij zouden hier normaal nooit komen, maar zo even binnenkijken en een rondleiding krijgen, was al leuk genoeg.

Deze 3 leek ons wel voldoende keus, dus besloten we naar Sun City te rijden. Eenmaal bij Sun City zijn we de omgeving af gaan zoeken naar guesthouses die honden accepteren. Dan kunnen wij met z’n 4e naar Sun City en kan Klaasje rustig in een kamer slapen. We hebben een paar plekken gevonden waar Klaasje prima kan blijven, alleen was er geen camping in de buurt waardoor wij genoodzaakt zijn ook een kamer te nemen. Maar nadat we een paar uur hadden gezocht, besloten we dat we zo niet veel wijzer zouden worden en besloten we door te rijden. We hadden gehoord dat ze misschien ook honden in Pilanesberg NP zouden toestaan en ondanks dat we dat niet geloofde, wilde we het wel even proberen. We reden langs het park terug richting Sun City en zagen onderweg een mooie grote mannetjesolifant dezelfde kant op lopen als wij opreden. We reden langzaam met hem mee op en hij passeerde een kudde zebra’s en een kudde wildebeesten.

Bij de ingang van het park dachten ze niet dat honden toegestaan waren, maar we mochten wel even gaan kijken. Dus reden we met Klaasje het park in. Uiteraard mochten we er niet slapen, maar ze zeiden dat we het bij de 2e gate konden vragen, daar mocht het misschien wel. Dus weer terug over dezelfde weg, langs de wildebeesten en zebra’s naar de andere poort. Uiteraard mochten we daar ook niet blijven, maar het was een mooie rit door het park. We hadden ondertussen bericht gehad van Toro Yaka dat het darten van de hyena’s op donderdagmorgen plaats zou vinden, dus we besloten richting Kruger te rijden. Het was op dat moment ongeveer 14:00 uur. Onderweg reden we langs diverse wildparken en gamefarms en we zagen allerlei dieren gewoon vanaf de grote weg. Bavianen en Velvet Monkeys liepen over de weg en antilopen, giraffen, zebra´s en wildebeesten zagen we achter de hekken terwijl we voorbij raasden. Bij elke B&B, camping, backpackerslodge, guesthouse en lodge die er niet al te duur uitzag stopte we om te vragen of we er met een hond mochten slapen, maar nergens was dat mogelijk, omdat het allemaal binnenin parken was. Rond 18:00 uur begonnen we ons zorgen te maken, maar reden we het zoveelste park binnen, omdat daar een camping/lodge zou zijn. Na kilometers door het park gereden te hebben wilden we bijna omdraaien, omdat we anders nooit meer ergens kwamen voor het donker, toen we er ineens waren. Terwijl we het terrein opreden renden 3 antilopen ons tegemoet en renden daarna het bos in. We vroegen of we mochten kamperen met een hond en dat was geen probleem. Het was wel duur (€ 20), maar dat was het wel waard. Er waren geen andere gasten, dus we hadden het hele terrein voor onszelf. De eigenaars zijn alleen in het weekend aanwezig en de vrouw die door de weeks op het terrein past liet ons alles zien, gaf daarna de sleutel van het restaurantje en zei dat we mochten pakken wat we wilden, als we het maar op zouden schrijven. En als we gingen slapen moesten we de lampen uitdoen en afsluiten. We zette de tent op en gebruikte de keuken om te koken. Na het eten gingen we terug naar onze tent en vielen we met het geluid van honderden krekels in slaap.

Rond 3 uur werd ik wakker en begon ik afwezig Klaasje, die naast mij lag in de tent, over haar buikje te aaien. Opeens realiseerde ik me dat haar buikje helemaal niet op en neer ging. Ik voelde wat aandachtiger, maar er leek geen ademhaling te zijn. Ik zei zachtjes haar naam, geen reactie. Ik schudde haar zachtjes, geen reactie. Ik begon harder te schudde en praten, geen reactie. Ik schudde Ro wakker en zei dat Klaassie niet bewoog. Hij kwam gelijk overeind en begon haar hard te schudden terwijl we allebei haar naam aan het roepen (gillen) waren. Ze was heel stijf en bewoog niet. Opeens kwam haar hoofdje omhoog en keek ze ons aan. Ze leek het niet op prijs te stellen zo uit haar droom gehaald te worden. Zo diep hebben we haar nog nooit in slaap zien zijn. Normaal wordt ze al wakker als je haar naam fluistert. Ze snapte waarschijnlijk niet waarom we haar bijna doodknuffelde en daarna ging ze weer verder slapen. Wij waren klaarwakker en het duurde wel even voordat we weer konden slapen.

Woensdag 10 maart moesten we helaas vroeg vertrekken, omdat we naar Hoedspruid moesten rijden en dat nogal ver was, ongeveer 600 kilometer. Uiteindelijk gingen we pas tegen 8:30 uur weg, omdat we nog alle kamers te zien kregen voordat we vertrokken. Dit leek ons namelijk wel een leuke plek om met mama en Henry te verblijven als zij volgende maand komen en we wilden even zien welke mogelijkheden er waren. We gaan hier zeker proberen terug te komen.

We besloten niet over de snelweg via Pretoria naar Hoedspruid te rijden, maar richting Botswana en Zimbabwe te rijden om dan vlak daaronder te blijven. Dat was een bijzonder geslaagde keuze, want de route was heel mooi en rustig en we zagen af en toe velvet monkeys, bavianen of impala‘s. We zijn slechts 4 keer kort gestopt (eten halen, tanken, plassen en met Klaasje wandelen) en kwamen tegen 16:00 uur aan in Hoedspruid. We belden Toro Yaka om te zeggen dat we het gehaald hadden en of we de volgende ochtend nog aanwezig konden zijn bij het darten van de hyena’s. Dat was nog steeds prima, dus we zochten een huisje waar we konden slapen en waar we Klaasje achter konden laten als wij het park in gingen. Helaas is Hoedspruid erg toeristisch en zijn de prijzen van kamers hoog. De meeste plekken stonden geen honden toe. Ongeveer 5 km buiten Hoedspruid vonden we Clivia Cottage, waar Klaasje geen probleem was, alleen kostte het per nacht € 45. Dit was weliswaar het goedkoopste tot nu toe, maar wel veel geld. We besloten te blijven. Dit was ongeveer 22 km buiten de poort van Balule.

We zijn teruggegaan naar de stad om boodschappen te doen, daarna heeft Ro gekookt en zijn we vroeg gaan slapen.

Donderdag 11 maart was de dag van het darten van de hyena’s. Om 6:15 uur stonden we fris en fruitig bij de ingang van Balule NP. Even later arriveerde de dierenarts en zoals beloofd was Steve er om 6:30 uur om ons op te halen. Aangezien ik deze kans niet voorbij kon laten gaan, sprong ik in de landrover bij Steve terwijl Ro en de dierenarts in hun eigen auto’s achter ons aan kwamen. Voorop rijden is namelijk veel beter omdat je meestal meer dieren ziet. En bovendien is dit een open auto waardoor je sowieso veel meer ziet. We zagen impala’s en giraffen op weg naar hun lodge Toro Yaka. Na een snel kopje thee/koffie reden we met z’n allen naar de boma waar de 2 jonge hyena’s al bijna 8 maanden wonen. Hun verblijf is 50 bij 100 meter groot. Deze hyena’s liepen los rond het stadje Hoedspruid en de boeren in de omgeving hadden er last van. Na vele pogingen was het gelukt om 2 van de 3 hyena’s te vangen. In Balule woont nog geen hyena, dus dat was een mooie plek om ze uit te zetten. Hyena’s hebben een groot territorium nodig, maar schijnen Balule nog niet gevonden te hebben. Voordat Balule bij het Greater Kruger National Park hoorde, waren het allemaal aparte gamefarms met hun eigen dieren. Nu bijna alle hekken weg zijn en alle dieren naar/van het Kruger naar/van Balule kunnen, is dat uiteraard een grote verbetering. Maar niemand in Balule bezat een hyena en na zoveel jaar zijn de hyena’s van het Kruger NP nog steeds niet in Balule gekomen. De grote vraag is dus of ze überhaupt zullen blijven of dat deze 2 alsnog naar het Kruger vertrekken. Steve is bezig met nog 6 volwassen hyena’s en hij hoopt deze 6 volgende maand te krijgen. Als dat lukt dan wordt de vrijlating van de 2 jonge uitgesteld in de hoop dat ze samen met deze 6 volwassenen een groep willen vormen. Dat zou veel veiliger voor de jonge hyena’s zijn.

Maar voor vandaag moesten het mannetje en vrouwtje verdoofd worden, zodat er bloed afgenomen kon worden, ze gewogen konden worden en ze een merk in hun oor kregen. Er was ook een groep vrijwilligers die elders in het park werken aanwezig. Alleen Steve en de dierenarts gingen naar het verblijf om ze te verdoven. Toen ze eenmaal sliepen mochten wij komen kijken. Eerst het vrouwtje. Het bloed afnemen ging voorspoedig, maar het plaatje in haar oor lukte niet goed. Haar oor was veel te dik en de dierenarts kwam er niet doorheen met de tang. Uiteindelijk heeft hij eerst met een scalpel een gat gemaakt en daarna de klip erdoorheen gehaald. Het mannetje was niet gelijk gaan slapen en was nog een eindje weggewandeld. Steve, Ro en nog 3 andere hebben hem opgehaald en bij het vrouwtje gelegd. Daarna kon de dierenarts bij hem hetzelfde doen. Als laatste heeft Steve ze nog gewogen en bleken ze (veel) zwaarder dan was verwacht. Het vrouwtje woog 30 kilo en het mannetje 41 kilo. Terwijl het mannetje maar verdovende middelen voor 30 kilo had gehad. Dat verklaarde waarom hij nog half wakker was en soms leek bij te komen.

   

  

   

Toen alles klaar was zijn wij allemaal buiten gaan staan, terwijl de dierenarts bij de hyena’s bleef om ze langzaam wakker te maken. Het duurde even, maar ineens was het mannetje wakker en stoof ervandoor. De dierenarts schok er zelf van. Het was veel sneller dan verwacht, want de poort stond nog open. Als hij de andere kant op was gerend dan was hij weg geweest! Maar gelukkig deed hij dat niet. Het vrouwtje werd niet lang daarna ook wakker en rende ook weg. We zijn gelijk weggegaan om de stress niet te verhogen. We reden terug naar de lodge en de vrijwilligers reden gelijk door naar waar het ook was waar ze vandaan kwamen. De dierenarts en zijn 3 assistenten bleven nog even en gingen na een half uurtje ook weer verder. Er waren verder geen gasten bij Toro Yaka en Nicole nodigde ons uit voor het ontbijt. Na het ontbijt hebben we nog even bij de hyena’s gekeken en daarna nog even bij de waterplaats gezeten, waarna we maar weer eens naar Klaasje terug moesten. Maar voor we weggingen spraken we nog met Steve af dat we de volgende ochtend terug zouden komen voor een gamedrive.

‘s Middags zijn we Hoedspruid weer ingegaan om even te internetten. En terwijl Ro aan het mailen was ben ik even rondgelopen. Ik liep langs een makelaar en wipte even binnen. Van het één kwam het ander en 15 minuten later stond ik buiten met een afspraak voor de volgende middag om een aantal stukken grond te bekijken in een game reserve waar, op de buffel na, de “Big-5” woont (olifant, leeuw, luipaard, neushoorn, buffel). Ondertussen had Steve gebeld om de gamedrive van de volgende ochtend te verplaatsten naar zaterdagochtend.

Daarna hebben we nog even 2 filmpjes gehuurd (Up en Dorian Grey). Na het eten hebben we Up gekeken en niet lang na het starten van Dorian Grey zijn we in slaap gevallen.

Vrijdag 12 maart was ik om 5:30 uur klaarwakker, waarschijnlijk omdat we eigenlijk een gamedrive zouden gaan doen en mijn interne klok wist blijkbaar niet dat dat niet doorging. En aangezien ik de film van gisteravond bijna helemaal had gemist omdat ik mijn ogen niet open kon houden, leek dit mij een mooi moment om het eerste stuk nogmaals te kijken. Ro had de film na ongeveer een half uur gestopt omdat hij ook te moe was, dus toen Ro rond half 7 wakker werd hebben we samen het laatste uur van de film gekeken.

Daarna zijn we de omgeving wat gaan verkennen en kwamen uiteindelijk weer terug in Hoedspruid. We besloten even te kijken bij een andere makelaar. Zij wilde ons meteen twee stukken land laten zien, wat we uiteraard hebben gedaan. Raptors View is een omheind stuk in een groter park. In het grotere park komen de gevaarlijke dieren voor, maar in dit omheinde gebied niet. Je kan hier dus rustig wandelen of fietsen en dan zie je alleen giraffen, zebra’s, antilopen en dat soort dieren. Het stuk land was erg mooi, maar de omgeving was iets te tam voor ons. Daarna liet ze ons een stuk land in het Hoedspruid Wildlife Estate zien. Daar kwamen wel gevaarlijkere dieren voor, maar het hele park was opgezet als een buitenwijk. Je had een grote rechte overzichtelijke weg, met allemaal opritten aan beide kanten met daar de huizen. Het was heel open en erg rechttoe rechtaan. Heel saai dus. Ook niks voor ons.

Daarna terug naar Clivia Cottage gegaan om Klaasje niet te lang alleen te laten, waarna we een tijdje in het zwembad gezwommen hebben. Om 15:00 uur zijn we naar de andere makelaar gegaan die ons om nog veel meer informatie over het Moditlo Game Reserve en de Bleu Canyon Game Conservancy heeft verteld waarna we ernaartoe zijn gereden. Dit park was absoluut geweldig. Moditlo is 3.300 hectare groot en is onderdeel van het 15.000 hectare grootte Bleu Canyon. Moditlo heeft een kleine 500 stands van 1 hectare groot. Het park bestaat al 5 jaar en alle stands waren al snel verkocht, maar er zijn op dit moment pas 7 huizen op gebouwd. Dat betekent dat deze 7 personen het hele park voor zichzelf hebben, want je mag hier namelijk als buitenstaander niet in. Alleen eigenaren en hun bezoek mogen het park in. Hij heeft ons de 7 goedkoopste stukjes grond laten zien (allemaal € 45.000 per stuk) en ze waren allemaal erg mooi, maar 2 waren heel erg mooi. Het ene stuk lag tegen een open vlakte aan waardoor je de wilde dieren goed kan zien en bovendien had je een spectaculair uitzicht op de bergen. Het andere stuk had heel veel mooie grote bomen waardoor je je echt in de bush voelde, maar wat uiteraard het uitzicht wel belemmerde. Op beide stukken zagen we onszelf al wonen. Er zijn echter 3 problemen:

1. Honden zijn niet toegestaan

2. Officieel mag je er geen lodge beginnen. Je mag in totaal 10 bedden neerzetten dus je mag logees hebben, waardoor je wel een kleine lodge kan hebben. Je mag alleen geen reclame maken. Je mag geen borden aan de weg zetten of een website hebben. Dat maakt het hebben van een lodge of B&B dus bijna onmogelijk.

3. Het land is 1 hectare groot. Nu er slechts 7 huizen zijn gebouwd is dat geen probleem. Maar als er over 10 jaar bijna 500 huizen staan, dan woon je niet meer zo afgelegen. Het stuk land is ongeveer 50 bij 200 meter, maar als je precies in het midden bouwt en allebei je buren doen dat ook, dan woon je nog slechts 30-40 meter ofzo van je buren. En wij willen juist ergens wonen waar de buren ver weg zijn.

Maar ondanks deze nadelen willen we dit toch zeker nog overwegen. Het park is namelijk buitengewoon mooi. Tijdens onze korte (2 uur ofzo) tocht door het park hebben we giraffen, drie zeer zeldzame tsessebe‘s, waterbokken, impala’s en heel veel kuddu’s, wrattenzwijnen en wildebeesten gezien. Daarnaast zie je regelmatig wilde honden, olifanten, neushoorns en leeuwen. Wat wil een mens nog meer? En als we het zouden kopen dan duurt het nog wel een jaar voordat we er kunnen wonen. Tegen die tijd is Klaasje al 14 jaar. En voordat we daadwerkelijk buren hebben die zien dat we een hond hebben……

De makelaar vertelde over een andere mogelijkheid voor ons om het te kunnen veroorloven om hier te wonen. Wij hadden er in dit verband nog nooit van gehoord, maar nu we er op letten zie je het inderdaad wel meer bij makelaars in zuid Afrika. Je kan namelijk ook een bepaald deel van een huis of lodge in een wildpark kopen. Soms is het de helft, soms is het 1/6e deel en soms is het 1/13e deel of nog anders. Hij vertelde ons dat we het land kunnen kopen en daarop een huis kunnen bouwen. Vervolgens verdeel je het huis op papier in 13 delen en verkoop je 12 delen. Zelf blijf je dus 1/13e deel eigenaar. Elke eigenaar mag 4 weken per jaar gebruik maken van het huis. Wij blijven het hele jaar in een apart gedeelte van het huis wonen en zorgen bv voor de maaltijden, vervoer, gamedrives en wat we contractueel vastleggen. Iedere eigenaar betaald naast de eenmalige aankoopsom een maandelijkse bijdrage. Elk jaar mag iedere eigenaar dan 4 weken per jaar in het huis wonen waarbij de maaltijden, vervoer van en naar de luchthaven, park entreefee, gas, water, licht, andere vaste lasten, schoonmaken, onderhoud en eventueel een eigen auto zijn inbegrepen. Een soort “time-sharing” dus.

Voorbeeld: we kopen een stuk grond van 21 hectare in een “Big-5”-gebied voor € 70.000. Daarna bouwen we een groot huis en een klein huisje voor onszelf voor € 150.000. De totale kosten zijn dus € 220.000 + de rente over het geleende geld. Je verkoopt 12 delen van het huis voor € 22.500 per stuk = € 270.000 in totaal, waardoor je de lening af kan betalen. De 12 eigenaren betalen ons iedere maand bv € 200, waardoor wij een vast inkomen van € 2.400 per maand hebben. Hiervan betalen we de parkfee, gas, water, licht, maaltijden, vervoer, verzekeringen en onderhoud. Deze 12 personen betalen dus € 2.400 per jaar, waarvoor ze 4 weken per jaar met 2 personen geheel verzorgt in het park wonen. Een “gewone vakantie in Zuid Afrika in een lodge zal ongeveer € 300 per kamer per nacht kosten, dus met 6 nachten heb je je maandelijkse bijdrage er al uit.

Het voordeel van deze constructie is dat de investeerder (diegene die een deel van het huis kopen) zijn deel ten alle tijden, onafhankelijk van de andere eigenaren mag verkopen. Dus na bv. 5 jaar, als het park groter is geworden doordat er meer kleine “farms” tot het park zijn opgenomen en daardoor ook andere dieren in het park voorkomen, kan het zijn dat je jouw deel voor €30.000 kan verkopen.

Wat hier ook voor schijnt te komen is dat een huis in een wildpark 13 eigenaren heeft, maar dat er niemand constant woont. Hierdoor zijn de maandelijkse kosten iets lager, maar moeten alle 13 eigenaren wel zelf koken, vervoer regelen en onderhoud doen.

Van de € 2.400 die per maand binnenkomt zal dan misschien € 200 per maand overblijven als salaris voor ons. Maar aangezien wij gratis wonen en gratis mee-eten, hebben we ook niet meer nodig.

De makelaar zei dat hij al een aantal huizen op deze manier verkocht had. Hij liet ons ook zo’n huis zien, maar dat was een heel groot huis. Het bouwen van zo’n huis kost zeker € 350.000 + de aankoop van de grond. Het aankopen van 1/13e deel van zo’n huis kost rond de € 50.000 en de maandelijkse kosten zijn dan zo’n € 400 – € 500. De persoon die daar constant (gratis) woont heeft een vast salaris van € 1.500 per maand. Het lijkt ons nogal duur om zo’n vakantiehuis erbij te hebben, dus een iets kleiner huis is volgens ons beter.

Als er iemand is die ons verslag leest en deze constructie kent, dan vinden wij het prettig om zowel negatieve als positieve reacties te krijgen. Het lijkt ons namelijk moeilijk om 12 personen te vinden die zo’n vakantiehuis zouden willen hebben, maar wellicht vergissen wij ons daar heel erg in. Wij zijn bang dat je over 10 jaar pas 2 delen hebt verkocht en al die tijd een gigantische lening hebt lopen. Als iemand dit leest die best geïnteresseerd zou zijn in zo’n huis, dan zouden we dat ook graag horen. Al is het alleen maar om te zien of iemand überhaupt geïnteresseerd is. Andere informatie of tips zijn uiteraard ook welkom. Je kan ons bereiken via irisenro@hotmail.com.

 

Na deze bezichtigingen zijn we terug naar Hoedspruid gereden en na het eten zijn we vroeg in slaap gevallen.

Zaterdag 13 maart begon heerlijk vroeg. Om 6:00 uur werden we verwacht bij de ingang van Balule, waar we werden opgehaald voor een gamedrive. Uiteraard was ik al om 4:00 uur klaarwakker en gereed om te gaan. Om 5:30 uur reden we weg en na nog even voor een neushoorn dat eigenlijk een rotsblok was gestopt te zijn, waren we er iets voor zessen. Nicole en haar ouders waren er zoals beloofd ook bij. En er was 1 ander stel bij dat logeerde bij Amukela. Het is nog zomer in Zuid Afrika en ondanks dat het in dit deel van het Greater Kruger al maanden niet geregend heeft, was het nog heel groen. Daardoor is een gamedrive niet zo effectief als wanneer je in de winter gaat als er geen bladeren aan de bomen hangen en je dus veel verder kan kijken. Maar het uitzicht is met bladeren wel veel mooier. We zagen al snel kuddes impala’s en ook een paar waterbokken. Maar geruime tijd zagen we alleen vogels en veel eekhoorns. Ook leuk! We volgde de sporen van 2 neushoorns totdat ze te ver de bush in waren verdwenen. Daarna volgde we het spoor van een leeuw, maar ook deze liet zich niet zien. Het spoor van de olifant hebben we ook geruime tijd gevolgd, maar konden ook hem niet vinden. Na twee uur zijn we gestopt om koffie/thee te drinken bij een waterplaats. Daar stond een kleine kudde zebra’s en we zagen een reuze hagedis en de ground hornbill (grote loopvogel). In de verte liep een giraffe.

  

Na deze brake zijn we verder gereden en begon het al warm te worden. Al vrij snel zagen we een grote kudde giraffen vlakbij van ongeveer 20 beesten, inclusief 2 baby’s. We reden weer verder en opeens zagen we de olifant die we een tijdje hadden gevolgd. Hij stond bij de dam in een riviertje zich met modder te besproeien. We bleven een tijdje kijken tot Steve voorstelde om naar de andere kant van de rivier te rijden, want dan waren we nog dichterbij. Tijdens de tocht naar de andere kant vloog er een hele grote roofvogel vlak over ons met z’n klauwen uit, erg mooi. Daarachter vlogen nog 3 andere grote roofvogels waarvan 2 zeldzame. Hoog in de lucht cirkelde de gieren rond. We hadden vast en zeker een “kill” gemist. Steve is te voet gaan kijken of hij iets kon vinden, maar hij zag niks. We zijn maar doorgereden naar de olifant. Vriendelijk als deze ongeveer 35 – 55 jaar oude bul was, was hij aan onze kant van de rivier op de oever gaan staan, ongeveer 5 meter van ons vandaan. Hij stond een beetje te slapen totdat hij besloot dat hij jeuk had en de boom naast ons een uitgelezen plek was om zich uitgebreid te schuren. De vader van Nicole was bang dat hij de boom om zou duwen met zijn gewicht, waardoor de grote boom op ons zou vallen, maar volgens Steve had de olifant niet de intentie om de boom om te gooien en dus zou die ook niet vallen. En dat deed de boom ook niet. Hij krabde elk plekje van zijn lichaam, zelfs zijn staart. Het was erg zeldzaam dat je zoiets ziet, laat staan van een paar meter afstand. Steve had een andere ranger via de radio opgeroepen om ook hierheen te komen. Zodra de olifant hun hoorde aankomen werd hij opeens heel wakker en alert. Hij wapperde met zijn oren en was niet meer op zijn gemak. Toen de auto achter ons stopte ging de olifant naar de achterkant van hun auto, die vlak achter ons was geparkeerd. Steve vertelde dat er een paar vervelende mensen in het park wonen die geen respect hebben voor dieren en ze (bijna) letterlijk met hun auto aan de kant duwen als de olifanten in de weg staan. Deze mensen hebben een landcruiser. De ranger achter ons reed ook in een landcruiser. Olifanten herkennen het geluid van een Toyoto motor en worden gelijk wat agressiever als ze dat horen. Het geluid van de landrover motor van Steve veroorzaakt geen enkele agressie bij de olifant en hij leek er totaal geen moeite mee te hebben dat wij er waren. Maar van deze Toyoto wilde hij niks weten. Hij stond misschien een meter achter de Toyota landcruiser met zijn oren te wapperen als teken dat hij boos was. Maar jammer genoeg besloot hij dat hij dit gevecht niet aan zou gaan en liep hij weg. Wij hadden allemaal de filmcamera en fotocamera klaar voor wat echte actiebeelden, maar helaas.

   

Gedurende het laatste stuk van de gamedrive zagen we nog een kleine waterschildpad, impala’s, bosbokken, wildebeesten en giraffen. Daarna brachten we het andere stel terug naar Amukela (was heel raar om daar weer even te zijn, aangezien we daar getrouwd zijn, maar we zagen de eigenaren niet en Steve reed meteen terug naar zijn lodge). Bij Toro Yaka zagen we een grote landschildpad (hadden we nog nooit in het wild gezien) en later ook nog een mooie waterbok bij de waterhole. We hebben weer een heerlijk ontbijt gekregen, ja Angelique, met de homemade cruesly, waarna Steve ons terug naar de ingang heeft gebracht. Hij heeft ons de nodige tips en informatie gegeven over het kopen van land in deze omgeving en het starten van een eigen lodge. En ze waarschuwen ons als er iets leuks op de markt komt of als ze iets weten waar wij kunnen werken.

Toen we aan het eind voor de gamedrive wilde betalen, wilden ze ons niet de normale € 25 – € 30 pp laten betalen, maar kregen we een enorme korting. Dat hadden we niet verwacht, maar we vonden het wel heel aardig.

We zijn op de terugweg langs de makelaar gereden voor meer informatie en we hebben aangegeven wat we eerst nog willen kijken naar 21 hectare stukken land. Hij gaat voor ons op zoek.

Daarna hebben we Klaasje en onze spullen opgehaald bij Clivia Cottage en zijn we naar Orpen Gate van het Kruger gereden. We hadden gehoopt daar vlak buiten te kunnen slapen, zodat we de volgende dag het Kruger in konden. Maar helaas was er niks waar een hond in mag. Maar de 50 km naar de ingang rijd je vlak langs het Greater Kruger NP en we zagen de nodige impala’s en bavianen. Op de terugweg zagen we een kudde olifanten, een kudde wildebeesten, meerdere kuddes impala’s, giraffen en een hele grote kudde buffels. Deze laatste stonden tegen de omheining en dus ongeveer 10 meter van de weg. Ro stapte uit om een betere foto te maken en gelijk keken al die agressieve koppen onze kant op. En ondanks dat elektrische hek tussen ons in, vind ik buffels eng. We zijn in 2005 belaagd door een buffel en sindsdien heb ik het niet zo op die beesten. Ze zijn zo onvoorspelbaar en agressief. Het zijn dan ook de gevaarlijkste dieren van Afrika met de meeste menselijke slachtoffers op hun naam.

Daarna zijn we met een grote omweg naar Graskop gereden waar we rond 17:30 uur enigszins moe aankwamen. We vonden gelijk een camping waar we onze tent neer hebben gezet, snel boodschappen hebben gedaan, Ro heeft gekookt en heb ik dit verslag getypt.

Zondag 14 maart zijn we rond 8:30 uur weggereden uit Graskop. We wilden ergens bij een gate van het Kruger een plek vinden waar we Klaas een hele dag alleen konden laten terwijl wij het Kruger in gingen. We hebben bijna de hele dag gereden en vonden uiteindelijk vlak bij de Malelane Gate een wildpark waar Klaas wel in mocht. Toen Ro de eigenaren ‘s avonds ging vragen of ze wisten of het mogelijk was dat we het Kruger ‘s middags zouden verlaten, Klaas even uit zouden laten, en dan weer terug het park in zouden kunnen, bleef hij geruime tijd weg. Toen ik ging kijken was hij gezellig in gesprek met de eigenaren en pas heel wat uren later gingen we naar bed. Ze vonden het onzin dat we heen en weer zouden rijden voor Klaas en ze wilden haar met plezier de hele dag bij hun op de veranda houden. Daar was het lekker koel, was ze veilig van de neushoorns en buffels en zou ze veel aandacht krijgen. We vonden dit een goed idee, alleen hadden we dit beter meteen kunnen vragen. We hadden al voor 2 nachten een kamer betaald, terwijl we nu dus ook in onze tent hadden kunnen slapen. Maar het belangrijkste was dat Klaas het naar haar zin zou hebben. We bleven de avond bij hun zitten en de wijn werd maar bijgeschonken en terwijl ik normaal niet van wijn houdt, was deze heel lekker. Ze vertelde dingen over Zuid Afrika en de geschiedenis die wij niet wisten en wat we ook niet helemaal geloven, maar ze bleven volhouden dat wat de buitenwereld te zien en te horen heeft gekregen over de apartheid, niet helemaal correct was. Wat ik wel een bijzonder verhaal vond was dat de avond voordat Nelson Mandela tot president werd uitgeroepen hun dienstmeisje aan haar vroeg of ze al hun spullen al hadden gepakt, omdat zij morgen in het grote huis zou wonen en de blanken in haar dienstbodehuisje zouden komen te wonen. Helaas voor haar was er van woningruil geen sprake, maar er schenen veel mensen te zijn die dachten dat het heel anders zou worden zodra Zuid Afrika niet meer door blanken geregeerd zou worden. Maar de veranderingen waren niet zo hevig en dat heeft voor veel teleurstelling gezorgd.

Uiteindelijk gingen we veel te laat naar bed, rond half 11, en kon ik helemaal niet meer slapen. Om 1 uur ben ik nog even buiten wezen kijken of er misschien neushoorns of buffels zag, maar ik zag niks. Iets liep er voorbij in de verte, maar het was veel te donker om te zien wat.

Maandag 15 maart stonden we om 4:45 uur op, omdat we om half 6 bij de poort van het Kruger NP wilde zijn. Maar voor we goed en wel binnen waren was het al bijna 6 uur. Klaasje mocht de hele dag op de koele veranda spelen en slapen, dus dat voelde ook prettig.

We hebben ons geen betere dag voor kunnen stellen. We hadden verwacht bijna geen dieren te zien, omdat het nog zomer is en het Kruger erg groen is. Je kunt dus lang niet zo ver kijken als in de winter als er geen bladeren aan de bomen zitten. Daarnaast is er meer dan genoeg water overal, waardoor de dieren niet naar bepaalde waterpunten komen en je dus uren bij een waterplaats kan zitten zonder 1 dier te zien. Maar we vonden het toch leuk om te gaan, ook al verwachtte we weinig te zien. Maar we hebben extreem veel gezien. Geen katachtige (leeuw, luipaard, cheetah) of hondachtige (wilde hond, jackals, vossen), maar verder heel veel. We zijn bijvoorbeeld 13 keer langs olifanten opgereden. De ene keer was het maar 1 olifant, de andere keer een kudde van zo’n 40 olifanten, maar wel 13 aparte ontmoetingen. En we hebben 3 keer neushoorns gezien en 2 keer buffels.

5 neushoors

2 vechtende impala mannetjes

2 olifanten

Reiger en krokodil

Zebra’s en impala’s

2 european rollers

eekhoorn

Dus dat zijn er al 3 van de Big 5. We hebben zelfs op 6 verschillende momenten landschildpadden gezien, terwijl we die nog nooit eerder (behalve een paar dagen eerder bij Toro Yaka) hadden gezien. Op een gegeven moment kwamen we aan bij een plek waar 2 auto’s stil stonden. We keken druk om ons heen, maar zagen echt niks. De chauffeur van de andere auto wees tussen onze auto’s in op de grond en daar stond een hele mooie grote kameleon, met allemaal kleurtjes. We maakte foto’s en op een gegeven moment reden de andere 2 auto’s weg. Ro draaide de auto, zodat hij op de plek waar de andere auto had gestaan kwam te staan. Ik kon de kameleon zo niet zien, dus keek ik uit mijn raam naar buiten, terwijl Ro druk aan het fotograferen was. Het duurde zeker een seconde voordat mijn hersenen registreerde wat ik zag: op minder dan een meter afstand zat een slang in een boom, de helft van zijn lichaamslengte kaarsrecht omhoog en hij keek me recht aan. Zijn ogen waren precies op mijn ooghoogte. Toen ik me realiseerde waar ik naar keek, draaide ik in een reflex mijn raam omhoog, omdat mijn kennis van slangen minimaal is. Maar ik dacht dat het een boomslang was en na vergelijking in ons reptielenboek lukte het ons niet hem te identificeren. Het was een boomslang, een groene mamba of een groene slang (of nog iets anders). Als je door een boomslang of groene mamba gebeten wordt, dan is dat redelijk gevaarlijk. En boomslangen en mamba’s zijn één van de weinige soorten slangen die actief op jacht gaan in plaats van stilletjes afwachten tot hun prooi dicht genoeg bij is om toe te slaan. En ik was absoluut dicht genoeg bij voor hem om mij te kunnen bijten, maar zowel een boomslang als een groene mamba bijten niet zo snel. En de groene slang al helemaal niet. Maar omdat we niet wisten wat het was, hebben we met het raam bijna dicht en de camera door de kier heen, mooie foto’s kunnen maken. Daarna reden we weer terug naar de andere kant om de slang wat minder stress te bezorgen. De kameleon leek niet bepaald in een haast te zijn en waarschijnlijk hadden er al heel wat auto’s op die plek stilgestaan. Het kan zijn dat de slang de kameleon wilde aanvallen en dat al die auto’s in de weg stonden (kameleon is een goede maaltijd voor een boomslang en een groene mamba). Het kan ook zijn dat hij in dat struikje aan het slapen was en dat er ineens allemaal auto’s vlak voor zijn neus parkeerde en dat hem dat irriteerde. Geen idee. We hebben de auto die na ons kwam maar meteen gewaarschuwd voor de slang, want de 2 auto’s voor ons hadden hem sowieso niet gezien.

  

Onze 5e ontmoeting met een olifant verliep niet helemaal zoals het zou moeten. We werden ingehaald door 2 grote auto’s die veel te hard reden (zeker in vergelijking met ons, wij rijden slechts 20km/uur). Vlak daarna zag Ro aan de rechterkant, vlak naast de weg, en vlak naast ons, een olifant staan aan de andere kant van een bosje. We stopten en de olifant liep om het bosje heen en kwam onze kant op. We gingen een stuk achteruit omdat we dachten dat hij over wilde steken, maar hij keerde gelijk de weg op en kwam op ons afgerend. Met zijn oren wapperend en trompetterend kwam hij achter ons aan. Ik bleef maar roepen naar Ro dat hij naar achter moest en snapte niet waarom hij zo langzaam ging en het leek zelfs alsof hij wilde draaien, omdat hij de berm bijna indraaide. Ik was nog net zo helder om een paar fantastische foto’s van de aanvallende olifant te maken en bedacht me toen dat ik beter kon filmen. Maar er zitten zo’n 12 verschillende functies onder de draaiknop van de camera, dus ik moest 2x rond voordat ik de filmmodus vond. Tegen die tijd was de olifant zijn aanval al aan het staken. En toen pas realiseerde ik me waarom Ro zo raar had gereden: er stond een grote auto achter ons en die ging wel even achteruit, maar niet voldoende voor Ro om er langs te kunnen. Toen we naast hem stonden reed de andere auto naar voren en de olifant trok zich terug aan de linkerkant van de weg, ging met z’n kont eerst en stond boos naar de auto te kijken die voorbij kwam. Deze auto was 3x zo groot als ons kleine huurautootje, dus daar had de olifant wel respect voor. Maar ik durfde er echt niet meer langs. Ro gaf toe aan mijn verzoek om nog eens 100 meter naar achteren te gaan, zodat de olifant ons niet meer zou zien en misschien vanzelf weg zou gaan. Na een minuutje ofzo kwam het oudere echtpaar in de grote auto terugrijden en ze zeiden dat ze bezorgd om ons waren toen we niet achter hun aan kwamen. Ze draaide weer om en reden met ons langs de olifant, die nu geen aanstalten meer maakte om ons aan te vallen. De olifant was een jong mannetje en waarschijnlijk in “Must”. Dat betekent dat hij een vrouwtje aan het zoeken is en dan zijn ze meestal erg agressief. De 2 auto’s die vlak voor ons zo dicht langs hem voorbij stoven, hebben hem wellicht getrickerd in zijn agressie. Of hij heeft ooit een vervelende situatie gehad met een auto zoals de onze. We weten het echt niet, want we deden alles goed. We zagen hem pas heel laat, dus we waren wel erg dichtbij, maar zijn meteen naar achteren gegaan om hem de ruimte te geven. Normaal moet dat goed zijn, maar hij was het daar niet mee eens blijkbaar.

 

 

De rest van de dag leek wel of het Kruger alleen uit olifanten bestond, terwijl ik mijn portie olifant wel gehad had. Nog nooit hebben we zoveel olifantontmoetingen gehad op één dag en nu ik echt geen behoefte aan olifanten had, zagen we ze overal. Op een gegeven moment stond er een olifant langs de kant van de weg te eten. Ik zei tegen Ro dat hij (voorzichtig) door moest rijden en niet hoefde te stoppen. Toen we gepasseerd waren stak hij over en vervolgens staken er voor ons overal olifanten over. Zaten we er midden in!!!! Normaal vind ik zoiets leuk, maar nu was ik toch minder op mijn gemak. Maar ze waren net zo vredig als ze meestal zijn en liepen rustig door. Ze keken amper naar ons. Alweer enigszins gerustgesteld werd ik weer rustig en reden we langzaam door toen de weg weer vrij was. Opeens kwam er een jonge olifant, helemaal nat van water en modder, 20 meter ofzo voor ons de weg over rennen, wild met z’n oren schudden en rare sprongen maken. Ik schrok me wild. Maar het was een jonge olifant, die net lekker had gespeeld in de rivier en nu vrolijk achter de kudde aan rende. Niks aan de hand dus.

En toen we aan het eind van de dag nog 35 kilometer moesten rijden naar de poort en nog 65 minuten de tijd hadden, (we waren iets na half 2 vanaf de rustplaats vertrokken in de veronderstelling dat we tot 3 uur niks zouden zien en dus het merendeel van de 70 km af konden leggen, zodat we de laatste 3 uur in de buurt van de uitgang konden blijven. “Helaas” zagen we zo veel dat we aan het eind van de dag dus haast hadden) stak er vlak voor ons een gigantische kudde olifanten de weg over. De grote vrouwtjesolifanten hadden zichzelf midden op de weg geparkeerd om de kleintjes tegen de auto’s te beschermen. Wij stonden vooraan, maar de rij achter ons werd steeds langer. Ook de rij aan de andere kant werd steeds langer, want zij moesten in dezelfde tijd ongeveer hetzelfde stuk afleggen naar hun lodge in het park achter ons. En na sluitingstijd (18:00 uur in maart) mag je de poorten niet meer door zonder een grote boete te betalen. De baby olifantjes besloten dat het best een goed idee was om op de weg te gaan slapen en de moeders gingen er rustig naast staan. We waren net voorbij een kruising gekomen, dus ik vroeg Ro terug te rijden, zodat we konden kijken of we ook via die andere weg bij de uitgang konden komen en, veel belangrijker, dan stonden we niet meer vooraan. De andere weg liep de verkeerde kant op, dus sloten we weer achteraan in de rij aan. Vijf minuten later maakte ze toch aanstalten om te vertrekken en konden we allemaal doorrijden. Toen konden we de gigantische kudde aan de rivier zien staan en de lange sliert olifanten die daar nog op weg naartoe waren.

Niet lang daarna zagen we een meer met daarin minstens 25 – 30 nijlpaarden. Op de oever lagen 2 grote krokodillen en stonden allerlei grote vogels zoals mariboes, pelikanen, ooievaars en reigers.

We konden niet te lang blijven, dus we reden weer door. Je mag max 50 km/uur. Elke keer als we een afstandsbordje zagen rekende we uit hoelang we nog stil mochten staan als we de rest 50 bleven rijden. Het ging om een paar minuten. Ongeveer 7 kilometer voor de poort zagen we een grote kudde buffels, waar we 2 minuten naar hebben gekeken. We zagen 2 kilometer voor de poort een neushoorn (onze 7e van de dag!!!!!!!), maar hij keek niet op, waardoor we zijn mond niet konden zien en dus niet weten of het een witte of zwarte neushoorn was. Het was ondertussen 10 voor 6 en wellicht stond er nog een kudde olifanten op de weg, dus we moesten gaan. Om 5 voor 6 reden we het park uit, net op tijd. Daarna moesten we nog 60 kilometer terug rijden, omdat we bij een andere poort waren begonnen en we daar in de buurt sliepen.

   

Klaasje had een leuke dag gehad en lag lekker te slapen. De eigenaren van de lodge hadden boboti gemaakt en we mochten mee-eten. Dat was erg lekker. Daarna zijn we uitgeput in slaap gevallen.

Hieronder een korte samenvatting van alles wat we gezien hebben:

Ongeveer 100 olifanten, verspreid over 13x

Ongeveer 40 nijlpaarden, verspreid over 4x

7 neushoorns, verspreid over 3x (de 1e 5 waren witte neushoorns, de andere 2 konden we niet goed genoeg zien)

1 kudde buffels en 1 losse buffel

4 groepen Velvet Monkeys

2 groepen bavianen

9 warthogs, verspreid over 3x

6 giraffen, verspreid over 3x

1 grote kudde zebra’s

2 kuddes wildebeesten

ontelbaar impala’s

1 steenbok

15 kudoes ongeveer

1 kudde waterbokken

Diverse duikers (antilope)

Een paar bushbucks (antilope)

6 landschildpadden

3 krokodillen, verspreid over 2x

2 watermonitoren (grote hagedissen van ruim een meter lang)

1 groene boomslang

1 kameleon

Diverse eekhoorns

En honderden vogels, waaronder de Europian Roller, African Roller, bee-eters, African Fish Eagle, Hoopoe, gieren, pelikanen, reigers, ooievaars, diverse soorten adelaars, Francoise, guineafowls, bustards, korhaans, ijsvogels, hornbills en nog veel meer.

Dinsdag 16 maart vertrokken we rond 9 uur. Het afscheid was een beetje droevig, want hun hondje, een Jack Russel van 5 jaar oud, was de vorige avond, vlak nadat wij naar bed waren gegaan, gebeten door een slang. Anderhalf uur later was ze dood. En totdat we naar bed gingen hadden we met haar 3 puppies van 3 ½ week oud gespeeld. De arme puppies zijn nu weesjes en worden verder met de fles grootgebracht. Spookey, de mamahond, had de spitting cobra aangevallen, maar was helaas niet snel genoeg. De slang had haar dodelijk gebeten. Deze slang had ze gevonden in de receptie waar de slang waarschijnlijk al de hele avond en misschien al de hele dag lag. De receptie is direct naast de eetkamer, waar wij hadden gegeten en meteen daarnaast was de veranda waar Klaas de hele dag heeft gelegen. Maar ik denk niet dat de cobra Klaasje gebeten zou hebben, omdat ik niet denk dat Klaasje een slang zou aanvallen. En als je een slang niet aanvalt, zal hij ook zelden bijten. Jack Russels zijn helaas echte jagers en zij doodde dan ook elke slang die ze zag. Waarschijnlijk hebben de zogende puppies haar vermoeid gemaakt, waardoor ze te langzaam was. En door de bevalling en de zogende puppies is haar weerstand waarschijnlijk minder, waardoor haar lichaam het gif niet kon verwerken. Twee weken eerder bijvoorbeeld was de hond van Steve en Nicole van Toro Yaka door een pofadder in haar wang (!) gebeten. Deze beet is veel dodelijker dan de beet van een Spitting Cobra, maar het hondje was er binnen een paar uur volledig bovenop. Ze had wel antibiotica gehad en een paar dagen later is de tand/kies verwijderd waar de slang gebeten had, omdat die tand/kies was weggerot, maar ze heeft nooit antigif gehad.

Na afscheid genomen te hebben zijn we weggereden. We konden niet door Swaziland heen rijden, omdat we de huurauto niet mee mogen nemen naar het buitenland en dus moesten we er helemaal omheen. De weg was een beetje saai en we waren allebei heel erg moe. We besloten na 2 of 3 uurtjes rijden dat we niet het hele stuk zouden rijden dat we van plan waren, maar dat we de eerste beste camping zouden nemen die we tegenkwamen. We waren nog steeds uitgeput van de gamedrive door Kruger, ondanks dat we zo’n 10 uur non-stop geslapen hadden. Het monotone uitzicht hielp niet mee, maar helaas kwamen we amper een hotel, lodge of B&B tegen. Pas rond 15:00 uur reden we langs een camping, waar we direct zijn gestopt. Uiteraard was het veel te heet om in of zelfs buiten de tent in de schaduw te kunnen slapen, dus hebben we het maar rustig aan gedaan. Nog even boodschappen gedaan, gekookt en dit verslag getypt en vroeg naar bed.

Woensdag 17 maart zijn we weggereden uit Piet Retief en zijn we op zoek gegaan naar een camping in de buurt van St. Lucia Wetlands. Helaas konden we echt niks vinden waar Klaasje was toegestaan en uiteindelijk zijn we 40km teruggereden. Daar vonden we de geweldige backpackerslodge Isinkwe waar we mochten kamperen. We vonden dit wel een leuke plek om met Ro’s ouders naartoe te gaan, dus we hebben geen excursie naar St. Lucia of Hluhlewe Game Reserve gemaakt. Hopelijk gaan we dus wel terug…….

Donderdag 18 maart zijn we naar het hart van Zululand gereden en vonden we rond lunchtijd de Zululand backpackerslodge in Eshowe. ’s Middags zijn we naar het Fort Nongqayi Museum Village gegaan waar we het Zululand Historical Museum, de Zululand Mission Museum Chapel en de Vukani Zulu Cultural Museum hebben bezocht. Het was zeer interessant, maar we vonden het raar dat de hele historie bijna alleen over de eeuwen gaat waarbij de blanken betrokken waren en niet de periode daarvoor. Wellicht omdat daar weinig van gedocumenteerd is. Onze zulugids wist heel veel te vertellen. We zijn tot sluitingstijd gebleven.

  

‘s Avonds zijn we in de bar gaan zitten, omdat ze een eigen mini-brouwerij hebben en iedere gast een gratis zelfgebrouwe Zulubiertje krijgt. En aangezien ik dat niet hoef, had Ro er 2!

Vrijdag 19 maart zijn we doorgereden naar Durban. Onderweg besloten we naar de Black Mamba Backpackerslodge te gaan, vlak buiten Durban. Toen we het eindelijk gevonden hadden bleek dit een erg relaxte plek te zijn. We besloten de huur van de auto te verlengen tot donderdag i.p.v. maandag, zodat we langer konden blijven. In de “bibliotheek” van de lodge vond ik het vierde deel van de Twilight Sage en aangezien ik deel 2 (New Moon) had gelezen in Johannesburg (het 1e deel hadden we toevallig als film gezien met Mark en Angelique in NL) had ik nu eerst deel 3 nodig. We hebben de tent opgezet en we kregen 2 echte matrassen en een goede lamp te leen, wat het gelijk een stuk comfortabeler maakte. Na het eten zijn we vroeg naar bed gegaan.

Zaterdag 20 maart zijn we ‘s ochtends gelijk even boodschappen gaan doen en vervolgens langs een leuke 2e handsboekwinkel gereden. Behalve deel 3 van de Twilight Sage hebben we ook een zoogdierenboek, een vogelboek en een reptielenboek gekocht voor veel minder dan de normale prijs. Daarna ben ik een beetje uit onze wereld verdwenen, geloof ik. De rest van de zaterdag en de hele zondag heb ik deel 3 gelezen. Alleen even met Ro boodschappen gedaan op zondag en een wandeling met Klaas gemaakt. Verder heb ik weinig van het weekend meegemaakt. Op zondagavond ben ik met deel 4 begonnen.

Maandag 22 maart heb ik de hele dag gelezen en Ro begon zich enigszins te vervelen. Maar toen ik hem vroeg de foto’s van Zuid Afrika uit te zoeken voor de website had hij ook de hele dag iets te doen. ‘s Avonds hebben we deel 2 van de Twilight Sage (New Moon) gehuurd en gekeken, dus ik bleef in de juiste sfeer.

Dinsdag 23 maart zouden we naar Durban rijden. De vroege ochtend heb ik, hoe verassend, lezend doorgebracht, totdat we gingen opruimen. We gaven een schotse jongen een lift die de weg wist naar een backpackerslodge waar we misschien met Klaasje konden blijven. Dat kon niet, maar met wat rondbellen vonden we een plek niet ver daarvandaan waar het wel mocht. Met z’n drieën zijn we er heengereden en daar kon ik eindelijk weer verder lezen. Zoals ik Ro had beloofd zou ik het boek uithebben voor het avondeten. En exact 1 minuut voordat hij riep dat het eten klaar was, had ik ook deel 4 uit. Ik heb nooit veel moeite gehad met het lezen van Engelse boeken, maar ondertussen gaat het net zo snel als Nederlandse boeken. Wel zo handig. En nu ik eindelijk weer aanspreekbaar was, is het voor Ro ook weer wat leuker. Sorry Ro.

Woensdag 24 maart zijn we naar het kantoor van SDV gereden, waar de brief van het SDV kantoor uit Ghana naar verzonden zou worden. Het SDV is de agent die het papierwerk van het verschepen van onze auto geregeld heeft. Met het formulier dat naar Durban gestuurd zou worden, kunnen we de auto ophalen. In het Zuid Afrikaanse kantoor hier in Durban werd aan Ro verteld dat we een agent moeten hebben om de auto vrij te krijgen. Zelf schijnen we dat niet te kunnen. Dus daar moeten we nog achteraan. Ook het originele formulier was nog niet aangekomen. Daarna boodschappen gedaan, geluncht en daarna ben ik dit verslag maar weer gaan bijwerken terwijl Ro de huurauto aan het schoonmaken was. Daarna boodschappen gedaan, email bijgewerkt, kaartspelletjes gespeeld, tv gekeken (ja, soms kan dat hier), gekookt en gegeten.

Donderdag 25 maart moesten we eerst de kleine huurauto inleveren en gelijk de nieuwe grote huurauto ophalen. Daarna zijn we nog even achter het originele document aangegaan, dat dus nog steeds in Ghana scheen te zijn. Ze hadden het nog niet opgestuurd, terwijl ze dat meteen zouden doen als de auto op de boot stond. De boot is nu al bijna in Durban!!! Maar goed, we moeten er toch op wachten, dus aan het eind van de ochtend kunnen we niet veel meer doen. We besluiten naar uShaka te gaan. Dat zijn 2 parken die rondom elkaar zijn gebouwd. De ene helft is een SeaWorld met allerlei vissen, haaien, schildpadden, zeerobben, dolfijnen, kwallen, waterslangen, koraal, pinguïns enz. De andere helft is een waterpretpark met zwembaden, glijbanen, waterbanen enz. Aangezien wij er pas over 13:00 uur waren, was het eigenlijk veel te laat om nog naar beide parken te gaan. Maar het was nogal warm, dus even zwemmen was wel leuk. En het aquarium wilde we sowieso ook zien. En omdat ieder park 9 euro entree kost en een combi-ticket voor beide parken slechts 12 euro kost, hebben we de combi genomen. Eerst hebben we 2 uur gezwommen, in banden rondgedreven, glijbanen bezocht en rondgekeken. Daarna werd het ietsepietsie minder heet en zijn we naar het aquarium gelopen. Je kan daar ook verschillende activiteiten doen, zoals snorkelen in een bassin vol vissen, haaien en koraal of met een helm op op de bodem van een bassin wandelen waar ook allerlei vissen en haaien zwemmen of je kan in een kooi onderwater waar de gevaarlijkere haaien zwemmen. Voor alle 3 de activiteiten betaal je slechts 18 euro samen, dus we wilden het wel alle 3 doen, maar we waren daar nu echt te laat voor. We hopen dus nog een keer tijd te hebben om terug te gaan. Maar de bassins waren sowieso al heel mooi. Alle dieren die in uShaka voorkomen leven ook in de Indische Oceaan rondom Zuid Afrika. Er is één koudwaterbassin voor de dieren die uit de Atlantische Oceaan bij Kaapstad voorkomen. Ze hadden ook een erg leuke dolfijnenshow en een zeerobbenshow. Helaas hebben we deze 2e show gemist. De middag ging veel te snel voorbij. Daarna hebben we nog snel boodschappen gedaan en zijn we na het eten niet te laat gaan slapen.

   

Vrijdag 26 maart hebben we rond 10 uur ‘s ochtends de ouders van Ro opgehaald van de boot. Zij hadden vanuit Australië een cruise naar Kaapstad genomen en zijn in Durban uitgestapt, zodat we een paar dagen samen konden doorbrengen. Toevallig kwamen we ze meteen tegen toen we de haven in waren gereden, dus dat ging lekker snel. We besloten naar Eshowe te rijden, waar wij al eerder geweest waren. We namen een omweg, zodat we wat meer van Zuid Afrika konden zien. We hebben koffie gedronken in een supergroot winkelcentrum en zijn daarna weer verder gereden. De laatste 80 km was echter merendeels over een zandweg, dus dat ging soms erg langzaam. Rond 17:00 uur kwamen we in het George Hotel / Zululand Backpackers aan. Je kon voor 15 euro een kamer + “diner” + biertje krijgen. We verwachtte er niks van, maar dan hoefde we in ieder geval niet nog boodschappen te doen en te koken. Het eten viel als verwacht een beetje tegen, maar we zaten wel vol. Na het eten hebben we de rest van de avond gekaart. Konden we eindelijk weer 80e, want dat kunnen we niet met z’n 2e.

Zaterdag 27 maart zouden we naar Insinkwe Backpackers Lodge gaan, tussen HluHluwe en St. Lucia Wetlands in. Ook nu besloten we de binnendoor route te nemen, zodat we nog meer van Zululand zouden zien en ook deze keer duurde het toch iets langer dan verwacht. Maar aangezien zowel wij als Ro’s ouders 5 maanden aan het reizen zijn geweest sinds we elkaar voor het laatst gezien hebben, waren er dus verhalen genoeg te vertellen. Ruim voor het donker waren we in de lodge. Daar aangekomen hebben Hélè ne en Ton ons mini-bridge leren spelen, maar aangezien Ro steeds de dummie was (uiteraard) vonden we (Ro met name) het niet zo’n leuk kaartspel. Na een paar biertjes gingen Hélè ne en Ro koken, terwijl ik onze tent alvast ging opzetten. De rest van de avond hebben we ons maar weer beziggehouden met 80e. Tussendoor hebben we nog even gekeken naar het voeren van de greater bushbabies. Deze kleine aapachtige beestjes krijgen hier elke avond een banaan in stukjes, zodat er altijd wel een paar bushbabies zijn die komen kijken. Soms komen er wel 10, maar nu waren er 3. Deze beestjes zijn echte nachtdieren en je ziet ze zelden, tenzij je ze dus voert.

  

Zondag 28 maart hebben we Klaas in het chaletje van Ro’s ouders gelegd en zijn we met z’n 4e naar St. Lucia Wetlands gegaan. Maar voordat we goed en wel weg waren, handdoeken hadden gekocht, boodschappen hadden gedaan, was het al tegen 11 uur voordat we bij de poort waren. We hadden besloten niet meteen naar de meest bezochte plek te rijden, maar eerst de andere kant van het park te proberen. Tussen HluHluwe en Lake St. Lucia reden we langs een gamereserve. Hier zagen we giraffen en antilopen. Eenmaal in het park zagen we veel Nyala’s en red duikers (beide zijn antilopensoorten). Maar we zagen ook wrattenzwijnen, velvet monkeys, zebra’s en impala’s. Op een gegeven moment staken er allemaal mestkevers de weg over die hun mestballetjes aan het voortbewegen waren. We stapten uit om te kijken en we vonden de mest waar de ballen gemaakt werden. Dit was erg interessant omdat je zo alle stadia kon bekijken. Je zag hele kleine kevers met hele kleine balletjes en de hele grote kevers met grote mestballen. Sommige ballen werden door 2 kevers vooruit geduwd en getrokken, terwijl andere het alleen deden.

  

We hebben aan de ene kant van Lake St Lucia gebruncht en hebben aan de andere kant van het strand koffie gezet en geluncht. Daarna hebben we nog een strandwandeling gemaakt, waarbij Ton een erg groot bot in het zand had gevonden (het formaat van een olifant of nog zelfs groter????). Ook leken er fossielen in de rotsen op het strand te zitten, maar we hebben niks heel bijzonders gevonden helaas. Na de wandeling is het echt te laat om nog naar St Lucia zelf te gaan, want dat is nog een kleine 80km rijden naar de andere kant. We besluiten terug naar de lodge te gaan. Terug rijden we weer tussen 2 gamereserves door en terwijl ik de linkerkant afspeur, zoekt Hélè ne de rechterkant af. Op een gegeven moment zegt ze dat ze een groot grijs beest zag staan, een neushoorn ofzo. Ro geloofde het niet zo, want neushoorns zie je niet zo vaak, en reed in eerste instantie door. Maar we zijn toch maar omgedraaid en er bleek inderdaad een neushoorn te staan. Op zo’n 100 meter afstand midden in een open veld was hij aan het grazen. We weten het niet 100% zeker, maar waarschijnlijk was het de witte neushoorn. Terug in de lodge hebben we weer met z’n 4e gekaart, daarna gekookt en gegeten en daarna weer verder gekaart tot het tijd was om te gaan slapen.

Maandag 29 maart zijn we terug naar Durban gegaan. Eerst zijn we nog even gestopt bij een fruitmarkt / souvenirmarkt waar we een tijdje hebben rondgekeken. Voor het eerst waren we op een markt waar alles een prijskaartje had en waar je rustig rond kon kijken zonder dat iedereen je van alles wilde verkopen. We snappen nog steeds niet dat ze dit niet overal doen, want volgens mij verkoop je zo veel meer en krijg je er een betere prijs voor. Want deze prijzen zijn niet of minder onderhandelbaar, terwijl je normaal gesproken als je voor een zelfde product de prijs vraagt een bedrag krijgt 3x zo hoog als deze prijzen, waardoor je hard gaat onderhandelen om ongeveer op ¼ van de vraagprijs uit te komen. Deze prijzen waren redelijk en ik denk niet dat je hier over gaat onderhandelen. Veel handiger voor ons en veel handiger voor hun.

We besloten de tolweg te nemen, zodat we niet te laat aan zouden komen. Ongeveer 25km voor Durban zijn we de snelweg afgegaan om ergens koffie te gaan drinken. We reden richting strand en vonden daar een Duits restaurantje. Eigenlijk hadden we allemaal wel honger, want het was al 1 uur geweest. Ro en Ton bestelde een vis, terwijl Helene het op een salade hield en ik een sandwich nam. Na deze lekkere lunch zijn we met Klaasje naar het strand gelopen. Ondanks het mooie weer waren er niet veel mensen. Dat is misschien niet gek, want de stranden lopen bijna langs de hele kust, dus er is ruimte genoeg. Klaas heeft zich uitgeleefd op het graven van zoveel mogelijk gaten in het strand, terwijl wij genoten van de zee en het uitzicht. Daarna hebben we een stuk langs de kust gereden en het laatste stukje over de tolweg, die minstens net zo mooi was, omdat je langs de oceaan reed en door mangrovebossen, rivieren, bossen en moerassen. In Durban aangekomen reden we meteen door naar Smit’s Cottage. We hebben Klaasje daar achtergelaten en zijn meteen doorgereden naar de supermarkt. We besloten 2 pizza’s te maken en kochten alle ingrediënten. Daarna zijn we teruggegaan en hebben we gekookt, gegeten en gekaart.

Dinsdag 30 maart zijn we na een uitgebreid ontbijt Durban ingegaan. Klaasje kon mooi in de koele kamer blijven, terwijl wij rond gingen kijken. We besloten eerst naar de Workshop te gaan. Van daaruit zijn we koffie gaan drinken in een groot en luxe hotel. De serveerster was nog in opleiding en ze mocht blijkbaar niks opschrijven. Helaas kon ze het niet goed onthouden, want eerst kreeg Ro de verkeerde koffie en later kreeg hij een gewoon croissantje in plaats van een croissant met zalm en tonijn. Toen hij ook het croissantje teruggaf, duurde het wel heel lang voor er iets nieuws kwam. Op een gegeven moment ging ik het maar vragen en toen bleek dat niemand iets wist van een nieuw croissantje. Het meisje was onvindbaar en ze moesten dus nog beginnen, terwijl wij allang klaar waren met eten. Maar niet al te lang daarna kreeg Ro toch nog zijn croissantje. Ook bleek dat het meisje niks van de bestelling in het systeem had gezet, waardoor ze niet wisten wat wij hadden gehad. Maar ondanks dat ze van ons te horen hadden gekregen wat we allemaal gehad hadden, hebben ze ons bijna niks berekend. Het was niet duidelijk of we gewoon niet meer hoefde te betalen of dat ze het niet begrepen hadden, maar goedkoop was het wel.

Daarna zijn we naar het Science museum gegaan. De eerste zaal bestond uit allemaal opgezette vogels. Erg mooi en interessant. Daarna had je een zaaltje vol insecten, daarna de zoogdieren en daarna de reptielen. Het leuke van de zoogdieren was dat ze bijna alle antilopen hadden staan. Ten eerste konden we kijken hoeveel we er bij naam wisten en kon je controleren of het klopt. In het wild kunnen we met de boeken erbij wel een goede gok maken, maar de dieren hebben helaas nooit een bordje om met hun naam. Dus soms weten we het niet zeker. En nu kon je ook goed de diverse antilopen met elkaar vergelijken en blijken de verschillen toch groter dan we soms dachten. Een nyalavrouwtje en kuduvrouwtje zie je nooit samen, maar wij dachten dat ze best op elkaar leken. Maar naast elkaar zijn ze toch totaal anders.

Na het museum besloten we met een bus een rondje door de stad te maken, zodat we een beter idee hadden van waar we heen moesten. Het duurde ruim een uur voordat we weer terug waren op ons beginpunt en het was wel duidelijk dat Durban geen mooie stad is. We zijn via de haven teruggewandeld naar de auto. Met de auto zijn we naar uShaka gereden om daar nog even door de winkelstraat te wandelen en daarna een strandwandeling te maken. Het waaide nogal, dus de strandwandeling werd ingekort. Daarna hebben we een leuk restaurant gevonden waar we heerlijk gegeten hebben. Na het eten zijn we snel teruggegaan naar Klaasje, want het arme beestje was wel lang alleen geweest. ‘s Avonds hebben we voor de laatste keer gekaart en zijn daarna naar bed gegaan.

 <- lunch    <-- diner Woensdag 31 maart moesten we om 9 uur de huurauto terugbrengen op de luchthaven en Ton en Hélène zouden om half 12 naar Kaapstad vliegen. Na het inleveren hebben Ro en ik gelijk een kleinere auto gehuurd, aangezien het ophalen van de landrover niet zo makkelijk is als we hadden gehoopt. En zonder auto is het wel lastig om alles uit te zoeken. Dus nadat alles geregeld is gaan we met z’n 4e de luchthaven binnen. Na het inchecken gaan we nog even koffie drinken en dan is het toch echt weer tijd om afscheid te nemen.

Nadat we de auto opgehaald hebben zijn we rechtstreeks naar het SDV kantoor gereden, waar uiteraard het originele document nog niet was. Ze hebben ons zoveel mogelijk op weg geholpen, maar mogen ons niet helpen met het uitladen van de auto. Ze adviseerde een agent die ons kon helpen, maar wij hadden het idee dat ze daar een hoge commissie op zouden krijgen. We hebben toch de papieren opgehaald en zijn daarna naar de agent gereden. Tot onze grote schrik kostte het bijna 900 euro om de auto terug te krijgen. We konden dat bijna niet geloven en zeiden dat we erover na zouden denken. Toen bleek ook nog eens dat de douane donderdagmiddag rond 14:00 uur zou sluiten en pas na pasen, op dinsdag 6 april, weer open zou gaan. En de container zou pas donderdagochtend uitgeladen worden, waardoor we de auto dus nooit meer vóór de feestdagen zouden hebben. In een internetcafe zijn we op zoek gegaan naar andere agenten. Daarna zijn we naar één van die agenten gegaan en hebben we hun gevraagd wat zij voor ons konden betekenen. Ze zouden ons de volgende morgen terugbellen, want het was al bijna 17:00 uur. We zijn terug naar Smith’s Cottage gegaan waar we soep met brood hebben gegeten.

Donderdag 1 april is Ro gelijk gaan bellen met de agent die we zelf gevonden hebben. Na een lang telefoongesprek moesten we er uiteindelijk langs zodat zij alle informatie van ons konden krijgen om te kunnen kijken wat ze voor ons konden betekenen. We wilden niet nog een nacht in Smith’s cottage blijven, maar naar de veel goedkopere Black Mamba Backpackers Lodge gaan. Maar dan moest Klaasje gelijk mee. Dus we besloten dat ik met Klaas in de auto in de beetje koele parkeergarage zouden wachten, terwijl Ro naar het kantoor ging. Bijna 2 ½ uur later kwam hij terug. Ze waren naar de douane geweest, maar hij was nog niet veel wijzer. De container moest verplaatst worden van de opslag van de rederij naar een andere opslag, omdat je anders de rederij ruim 500 euro moet betalen voor de opslag van donderdag tot dinsdag. Wij vinden dat niet eerlijk, want wat ons betreft mag de auto er vandaag uit en hoeft die daar niet te blijven. Maar aangezien dat niet lukt moeten ze proberen de container voor 14:00 uur te verplaatsen naar een goedkopere loods. Maar om 13:30 uur waren ze nog met het papierwerk bezig. Ondertussen was Ro ook bezig geweest om informatie te krijgen of we de auto niet zonder agent uit de container te krijgen. Hij had een man gesproken die douanier was geweest en hij dacht dat het wel kon, maar het is wel ingewikkeld. Hij vertelde ook dat de douanier die de auto komt controleren gratis is en dat je, als hij een uur moet wachten op de container, 10 euro onkosten moet betalen. Dit lijkt zo ver uit verhouding met de 900 euro voor alles samen. Maar nadat Ro terug was heeft hij de agent gebeld voor de prijsopgave en ook bij hem was het ongeveer 900 euro. Het maakt dus niet zo veel uit welke agent je neemt. We vinden het echt belachelijk veel geld, maar hebben ook niet zo’n zin om nog weken op de auto te wachten als we het zelf doen. Bovendien hebben we dan veel langer een huurauto nodig en worden de opslagkosten veel hoger. En mijn moeder en Henry komen op woensdag 7 april aan in Johannesburg, dus we willen er zo snel mogelijk heen. Als we dinsdag inderdaad de auto terugkrijgen, dan kunnen we misschien al een paar 100 km richting Johannesburg rijden. Dan hoeven we woensdag de rest van de 650 km te rijden. Dan missen we niet al te veel. De agent was al bezig met het verplaatsen van de container, dus we besluiten het maar zo te laten. We spreken af voor dinsdagochtend 9:00 uur en we hopen er maar het beste van. Daarna rijden we naar de Black Mamba Backpackers Lodge in Hillcrest, net buiten Durban. Daar aangekomen zetten we de tent op, doen we boodschappen en kunnen we relaxen. Pasen is hier begonnen, dus wij hebben nu ook 5 dagen vakantie. Haha, ja, we hebben het nodig.

Vrijdag 2 april is een relaxte dag. We hebben hier gratis internet, dus we kunnen eindelijk weer van alles opzoeken en nakijken. Ik ben de hele dag bezig geweest met het uitzoeken van foto’s, dit reisverslag afmaken en de website bijwerken.

We zijn heel blij dat we hebben besloten naar Zuid Afrika te vliegen. We hebben er geen moment spijt van gehad. Hier horen wij beter thuis. Ondanks dat we West Afrika veel mooier en leuker vinden dan we vooraf hadden gedacht, is dat niet de plek voor ons. Hier in Zuid Afrika voelen we ons veel beter thuis. We genieten nog steeds met volle teugen van iedere dag en we beseffen goed dat dit niet iets is dat iedereen kan (of wil) doen. Behalve de problemen met het verschepen van de landrover en het vliegen met Klaasje hebben we zelden slechte of vervelende ervaringen. We zijn nu bijna 6 maanden onderweg en we kunnen de vervelende momenten op één hand tellen. Morgen is mijn 30e verjaardag en ik hoop dat we mijn 31e verjaardag ook in Zuidelijk of Oost Afrika mogen doorbrengen.

Zuid Afrika deel 2

Vrijdag 2 april hebben we weinig bijzonders gedaan, alleen ongeduldig gewacht om onze auto na Pasen op te kunnen halen.

 

Zaterdag 3 april, mijn verjaardag, begon bijzonder goed. Ik kreeg ontbijt op bed in de tent. Arme Ro moest met een dienblad vol makkellijk vallende dingen een weg zien te banen door de tuin, die spekglad was en waarbij hij een heuvel moest beklimmen. Maar ik had al mijn jus d’orange nog, dus het was goed gegaan. Na het ontbijt zijn we naar het winkelcentrum net buiten Durban gegaan. Dit winkelcentrum was groter en mooier dan we ooit hadden gezien. We vonden een winkeltje dat de lekkerste cinnamon rolls ooit verkocht. We hebben een paar uur rond gewandeld en zagen dat de film “How to train a dragon” in 3D in de bioscoop draaide. Het liep al tegen 12 uur en het zou snel te warm voor Klaas in de tent worden, dus we kochten kaartjes voor ‘s avonds en gingen snel terug naar Klaasje.

De middag hebben we gezellig doorgebracht en rond 17:00 uur zijn we teruggereden om op mijn dertigste voor het eerst van mijn (en Ro’s) leven een 3D film gezien te hebben. We vonden het een geslaagde ervaring en namen op de terugweg nog wat meer cinnamon rolls mee.

Zondag 4 april, en maandag 5 april heb ik de website bijgewerkt en Ro heeft een puzzel proberen te maken, maar die bleek te moeilijk voor hem. Om eerlijk te zijn, die was waarschijnlijk te moeilijk voor (bijna) iedereen, want het waren 5.000 identieke stukjes van een sneeuwlandschap.

Dinsdag 6 april was de dag waar we al een maand op aan het wachten waren. Om 8 uur moesten we bij een loods zijn, waar onze auto zou zijn. De receptioniste wist van niks en even zonk de moed ons in de schoenen. Maar gelukkig bleek het aan haar te liggen en we werden naar de andere kant van het terrein gestuurd. Er was ons verteld in Ghana dat ze de zegel en de container pas zouden openen als zowel wij als de douanier erbij waren. Maar de container was al open en het roofrack was er al uit. Ze vertelde ons dat ze de ccontainer zaterdag al hadden geopend en het roofrack had al 2 dagen buiten gestaan. Maar wij vonden het prima, want ze waren nu bijna klaar met het verwijderen van alle klossen en touwen en na 10 minuutjes kon Ro de auto eruit rijden. Dat scheelde minstens een uur werk. Zoals we wel hadden verwacht, was de accu op. Dus hebben ze de auto er uit geduwd. Ro kreeg de accu niet gestart via de huishoudaccu, dus werd er een heftruck gehaald. De auto startte meteen. Omdat de heftruck er toch was tilde hij gelijk het roofrack op om het op de auto te zetten. Hij moest het tillen onder de daktent, maar het andere uiteinde zakte bijzonder ver door en leek te breken. Dus tilde ik het daar gelijk op, maar meteen kwamen er 2 mannen naar me toe die het van me over namen. Daarna klom ik op de motorkap om het roofrack naar de juiste plek te kunnen begeleiden en uiteraard stonden er meteen weer 2 mannen naast me die me vertelde dat ik dat niet hoefde/mocht doen. En aangezien de tweede man ondanks mijn waarschuwing dat hij niet op de band op de motorkap mocht staan, gewoon daarop bleef staan (dat houdt de motorkap namelijk niet), gaf ik mijn plek maar op. Ik ging tegenover de heftruck aan de andere kant van de auto staan en probeerde de kant waar niet de daktent zat omhoog te tillen, omdat dat gevaarlijk ver doorboog en leek te breken. De 2 mannen die mijn plek hadden ingenomen hadden geen idee wat ze deden en tilden dus niet. Ondertussen was ik redelijk gefrustreerd en stond ik zeer ongemakkelijk in mijn eentje het roofrack niet te laten breken. Ro stond aan de achterkant en bij hem zat het roofrack precies goed. Maar de heftruck stond schuin en toen hij opeens begon te zakken, drukte de pootjes bijna het dak in elkaar. Ik schreeuwen dat hij omhoog moest, maar de heftruckman zag en hoorde mij niet en op mijn vorige plek voorop de motorkap duurde het even voordat zij zagen wat ik bedoelde. Zij waren wel in het gezichtsveld van de chauffeur, dus hij stopte net op tijd. Ik was met al mijn kracht aan het roofrack aan het trekken, maar helaas is een heftruck veel te sterk voor mij. Het bewoog geen millimeter. Maar ze begrepen eindelijk wat ik wilde en de chauffeur kwam er recht voor te staan en liet het netjes op zijn plek vallen. Het roofrack zit met 10 bouten en moeren vast. Ik pakte een setje en wilde een poot vastzette, maar een man zei dat hij dat wel zou doen en pakte het uit mijn hand. Ik begon behoorlijk geïrriteerd te raken en pakte morrend een nieuw setje. Helaas werd deze door een andere man afgepakt. Ik had het lichtelijk gehad met deze mannen en pakte gelijk 4 setjes, want dat was meer dan dat er mannen over waren en liep naar de andere kant. Ik had er ééntje in, maar toen ze me zagen werd me verteld dat ik dat niet hoefde te doen en weg waren de setjes. Mijn stoel stond nog buiten de auto, omdat de accu’s daaronder zitten en ik besloot die erin te zetten, wetende dat me dat nog nooit gelukt was. Maar mijn trots was ondertussen zo aangetast dat ik die zware stoel er toch in wist te zetten. Twee mannen bleven zeuren dat ik dat niet hoefde te doen (wat een verassing), maar een zware stoel is iets moeilijker van me af te pakken dan een boutje. Toen alles vast zat was het 9:00 uur, het tijdstip waarop de douaneman zou komen. Om 9:30 uur was hij er nog niet. Ro belde de agent en die zei dat hij de douaneman had opgehaald, maar dat ze nu op kantoor aan het wachten waren. Huh? Waarom? Maar goed, ze kwamen er nu aan. En tien minuten later waren ze er inderdaad. Ik zat binnen een tijdschrift te lezen en Ro liet hem de auto zien. Hij keek alleen naar het motornummer en het chassisnummer en wilde de binnenkant niet eens zien. Wel zo snel. Daarna is Ro met hem meegegaan naar het kantoor om het carnet te laten stempelen en een bewijs te krijgen dat we het terrein mochten verlaten met de auto. Toen hij terug was hebben we betaald en zijn we direct teruggereden naar de Black Mamba Backpackers Lodge, waar Klaasje in de tent lag te wachten. We hadden nog niet opgeruimd, omdat we er niet zo veel vertrouwen in hadden dat het zou lukken. Om 12:00 uur waren we in de lodge en om 13:00 uur reden we weg. We moesten nog ongeveer 600 km rijden en met max 90 km/uur was het niet moeilijk om uit te rekenen dat we dat niet voor het donker zouden gaan redden. We zijn één keer gestopt om te tanken en hebben de rest van de weg op volle snelheid gereden, wat soms niet zo snel was, omdat we door de bergen reden. Het uitzicht was absoluut schitterend en adembenemend. Je zag in het middenstuk, ongeveer 400 km lang, amper een huis. Ik wilde eigenlijk in de stad voor Johannesburg een slaapplek zoeken en dan de volgende morgen om half 6 wegrijden, zodat we misschien nog op tijd op de luchthaven zouden zijn om mama en Henry op te halen. Maar Ro wilde gelijk doorrijden naar Rob (Shoestring Airport Lodge). Ik vond het een beetje eng om Johannesburg in het donker in te rijden, maar vond het wel leuk dat we dan zeker op tijd zouden zijn. Dus zijn we doorgereden. Het laatste stuk bleek in het donker toch een stuk lastiger te zijn, dus besloten we naar de luchthaven te rijden. Daar belde we Rob en hij kwam naar ons toe en reed voor ons uit naar zijn lodge. We hebben daar aangekomen meteen 2 pizza’s besteld en zijn daarna EIN-DE-LIJK weer in onze daktent gaan slapen. Heerlijk! Wat hebben we dat matras gemist!!!

Woensdag 7 april zaten Rob en ik om 6:00 uur te wachten op het telefoontje van mama dat ze door de douane waren. En niet veel later bleek dat het geval te zijn. We reden erheen om ze op te halen. Het was zo leuk ze weer te zien. Daarna zijn we terug naar de lodge gereden en zijn mama en Henry eerst een tijdje gaan slapen, omdat ze al ruim 24 uur wakker waren. Ondertussen heeft Ro het stuurhuis uit de landrover gehaald, zodat we die kunnen laten reviseren. Er zit best veel speling op en dat stuurt soms wat lastig. Tegen 12:00 uur zijn we met z’n 4e naar het winkelcentrum gegaan, waar we een tijdje rond hebben gekeken en hebben geluncht. Daarna hebben we boodschappen gedaan en zijn we terug op de lodge gaan koken. Na het eten zijn we vroeg naar bed gegaan.

 

Donderdag 8 april hebben Ro en Henry de huurauto opgehaald. De landrover moesten we na onze korte hereniging weer voor bijna 2 weken achterlaten bij Rob. Daarna hebben we, op weg naar Rustenburg, het stuurhuis afgegeven bij een landrover garage in de buurt van Pretoria. Anderhalf uur later kwamen we aan in Rustenburg. We zijn eerst naar het Oude Landgoed Lichtenstein gegaan, waar mama en Henry de mooiste kamer van het guesthouse kregen (met whirlpool in de badkamer en een privé zwembad met bubbels), terwijl wij onze tent op hebben gezet. Daarna zijn we naar het winkelcentrum gegaan, waar we hebben rondgekeken en hebben gegeten.

Vrijdag 9 april en zaterdag 10 april hebben mama en Henry de hele dag van het mooie weer genoten en hebben Ro en ik ons vermaakt door o.a. naar de bioscoop te gaan. ‘s Avonds zijn we uitgebreid uit eten gegaan.

Zondag 11 april zijn we naar het SA Lion Park gegaan. Het was een uur rijden en we kwamen rond 12:30 uur in het park. De leeuwen waren net gevoerd, dus we zijn eerst naar de 4 leeuwenverblijven gereden. Het waren onze eerste leeuwen deze reis, dus we genoten er wel van, maar het blijft meer een dierentuin, dus het telt niet. Daarna hebben we nog hyena’s gezien en hebben we een gamedrive door het park gemaakt. De roofdieren en de prooidieren worden hier uit elkaar gehouden, zodat de één de ander niet opeet.

Daarna hebben we nog met een paar welpjes gespeeld en een giraffe gevoerd.

Toen we alles gezien hadden hebben we in het restaurant gegeten en zijn we terug naar Rustenburg gereden.

 

    

Maandag 12 april zijn we naar Sun City gegaan. We waren er rond 11:30 uur en hebben een tijdje rondgekeken. Het was niet helemaal wat we ervan hadden verwacht, maar het was wel gezellig. We hebben nog een rondleiding door het Palace of the Lost City hotel gehad, waar alles over de top en overdreven was, maar wel grappig om te zien. Daarna heeft Ro het klaargespeeld om in minder dan 1 minuut € 20 in het casino te verspelen. Maar gelukkig kregen we een gratis drankje, dus dat was eigenlijk een heel duur drankje. Terug in Rustenburg zijn we uit eten gegaan.

  

Dinsdag 13 april tot en met zondag 18 april hebben mama en Henry hard gewerkt aan hun bruine kleurtje, maar uiteraard kunnen ze ons niet inhalen. Wij vermijden de zon, want ons kleurtje heeft geen aanvulling meer nodig. En bovendien hebben wij het geduld niet om in de zon te liggen. Op dinsdag besloten ze dat ze de hele vakantie in dit guesthouse willen blijven, dus ging Ro informeren wat een backpackerskamer kost. De 2-persoonskamer was niet beschikbaar, maar we mochten een “dure” kamer voor hetzelfde geld dat we betalen voor het kamperen. De keus was bijzonder snel gemaakt en onze spullen lagen in de kamer voordat ze uitgepraat was.

De rest van de dagen hebben we met Klaasje en de honden van het guesthouse gespeeld, gelezen, geluierd, naar de bioscoop geweest (Clash of the titans & The bounty hunter) en gewinkeld. En iedere avond gingen we met z’n 4e uitgebreid uit eten. Op zondag leek het wel zeker dat mama en Henry niet naar huis zouden kunnen vliegen op maandagavond. Door de vulkaanuitbarsting op IJsland lag al het vliegverkeer naar Europa al sinds donderdag stil.

Op maandag 19 april hebben we de ochtend doorgebracht bij een flightcentrum, in de hoop dat we wat meer informatie konden krijgen. Maar behalve dat ze ‘s avonds niet konden vliegen, was er weinig duidelijk. De rest van de dag (en de week) hebben we de berichten bijgehouden en heeft Henry veel gebeld. De berichten liepen van “misschien morgen” tot “half mei”. Elke ochtend moesten ze bellen om te vragen of ze die dag mee konden. Dat was vrij lastig, omdat we daardoor geen uitjes konden plannen. Want tegen de tijd dat hij iemand gesproken had, was de ochtend al bijna voorbij. Aangezien we toch weinig te doen hadden, ben ik maar begonnen aan het maken van een digitaal fotoalbum van Europa t/m Ghana, die uitgeprint wordt thuisgestuurd.

Op dinsdag 20 april heb ik de hele dag aan het album gewerkt.

Nadat we op woensdag 21 april rond 11:00 uur te horen hadden gekregen dat ze niet zouden vliegen, zijn Ro en ik naar The Cradle of Humankind gegaan. Het was anderhalf uur rijden voordat we bij de Sterkfontein Caves waren. We moesten tot half 2 wachten, want dan was de volgende tour door de grot. We hebben drie kwartier de zeer interessante expositie bekeken. Ze hadden een uitleg over het ontstaan van de aarde en de mensheid met de replica’s van de skeletten die ze in deze omgeving hadden gevonden. Maar ook replica’s van andere opgravingen in de wereld en vele fossielen waren hier te vinden. Om half 2 kwam de gids en gingen we de grot in. We zijn ongeveer 16 meter afgedaald, waar een ondergronds meer was. De verschillende ruimtes waren buitengewoon mooi met alle stalagmieten en en stalagtieten. Soms waren de doorgangen erg klein en moest je kruipen. Op een gegeven moment moesten we een trap gehurkt EN gebukt afdalen. De spieren in onze bovenbenen waren dit niet gewend en de spierpijn duurde nog 2 dagen. Maar het was zeker de moeite waard. Ook zagen we de plek waar het volledige skelet van de eerste mensachtige bijna is uitgegraven. Ze zijn al 15 jaar bezig om dit skelet eruit te halen en ze denken dat het over 2 maanden volledig is opgegraven. Dit is het enige oude complete skelet ooit gevonden.

We hadden geen tijd meer om naar het museum te gaan, 8 km hier vandaan, dus zijn we terug naar het hotel gegaan. Daarna zijn we uit eten gegaan.

  

   

Op donderdag 22 april bleek na een paar telefoontjes dat ze nog steeds niet zouden vliegen, dus zijn we alsnog terug gereden naar The Cradle of Humankind om deze keer het museum “Maropeng” te bekijken. Onderweg zag ik een dood dier langs de kant van de weg liggen. Ik zei tegen Ro dat het een hyena was, maar Ro dacht dat het waarschijnlijk een kalf was. Ik zei dat het echt een hyena was en Ro draaide om. En inderdaad, het was een hyena. Hij was waarschijnlijk de afgelopen nacht aangereden, maar het was raar, want een deel van zijn vacht was verdwenen. Misschien eraf gerukt door de auto? Er hadden nog geen grotere dieren of vogels van gegeten, want die heb je hier niet zo veel. Maar de insecten deden flink hun best. Dit was de eerste keer dat we een groot niet-gedomesticeerd dier dood langs de weg hebben gezien. En het is toch heel anders om een dode hyena te zien dan een dode geit of koe. Misschien omdat we honderden (of duizenden?) koeien, schapen, paarden, geiten, kamelen, honden, vogels, slangen enz langs de weg hebben gezien, maar nog nooit eerder een dier waarvoor je een wildpark in gaat. We zijn nu extra blij dat we het hyena project van Steve en Nicole steunen, zodat Bonnie en Clyde momenteel al “veilig” in het Kruger wonen en dat er op dit moment al 1 van de 6 overige hyena’s bij hun in de boma zit. Hyena’s (o.a.) houden zich niet aan parkgrenzen en komen vaak voor buiten de parken. Je ziet ze alleen nooit, tenzij ze dood langs de kant van de weg liggen. Ik heb een aantal foto’s van het karkas gemaakt, maar twijfel nog of ik ze op de website zet, omdat het er niet zo aangenaam uit zag. Maar misschien zet ik de minst “ranzige” foto er straks toch wel bij.

Niet lang nadat we doorgereden waren kwamen we aan in het museum. Je begint het museum met een boottocht door een grot door de 4 elementen (aarde, water, vuur en lucht). Het museum was erg interessant, maar had minder fossielen en botten dan we hadden gehoopt. Daarna hebben we nog van het uitzicht genoten bovenop het museum, waarna we weer terug zijn gereden.

  

Op vrijdag 23 april konden we het stuurhuis ophalen, dat klaar was. Ro en ik zijn voorbij Pretoria gereden en daarna weer terug. Op de terugweg zijn we in Hartebeespoort Dam gestopt bij een grote craftmarkt. We hebben daar pannenkoeken gegeten en rondgekeken. Daarna zijn we binnendoor terug naar Rustenburg gereden. Ondertussen hadden mama en Henry te horen gekregen dat ze op dinsdag zouden vliegen.

Op zaterdag 24 april heb ik het fotoalbum afgemaakt. Het is erg leuk geworden, maar iets dikker dan ik had verwacht, namelijk 106 bladzijdes! Ik ben heel benieuwd naar het resultaat. Ik kreeg het nog niet geupload, want de verbinding is hier niet zo snel. Nadat we uit eten zijn geweest hebben we een film gehuurd, die we ‘s avonds gekeken hebben.

Op zondag 25 april zijn we ‘s middags voor de laatste keer naar het winkelcentrum gegaan en zijn we voor de laatste keer in Rustenburg uit eten geweest.

Op maandag 26 april zijn we rustig aan naar Johannesburg gereden, waar we een gelukkig weerzien met Impi hadden. Ze stond netjes op ons te wachten bij Rob in de Shoestring Airport Lodge. We zijn boodschappen gaan doen en hebben een late lunch genuttigd. Omdat we aardig vol zaten hebben we deze laatste avond pizza besteld. Helaas komt aan de laatste avond ook een einde en zijn we naar bed gegaan.

Op dinsdag 27 april zouden mama en Henry om 9:55 uur vliegen. Ze zouden een tussenlanding in Lissabon maken, waar ze 11 uur mogen wachten op het vliegtuig naar Amsterdam. Om 8 uur waren we bij de balie, maar toen bleek het vliegtuig (al) 2 uur vertraging te hebben. Maar ach, dat scheelt weer 2 uur wachten in Lissabon, toch? Nadat ze door de douane zijn gegaan, hebben wij de huurauto teruggebracht en zijn we terug naar Rob gegaan. Ro heeft de ochtend besteed aan het terugzetten van het stuurhuis, terwijl ik mezelf niet zo nuttig heb gemaakt. Ik wilde graag de auto weer inruimen, maar het regende en het was koud en ik had gewoon geen zin. Het is niet handig dat ik de spullen niet uit de auto kan halen om ze daarna op de juiste plek in te delen, hield ik mezelf maar voor. Arme Ro staat wel in de regen dat ding te monteren. Maar als hij klaar is krijgt hij een broodje met hagelslag!!!! Dat had ik voor mijn verjaardag gekregen van mijn zusje en had mama meegenomen. Maar pas vandaag is het pak opengegaan en konden we van het beste cadeau ooit genieten.

Woensdag 28 en donderdag 29 april zijn we bezig geweest met de auto. Ro heeft alles nagekeken en alles weer aangesloten dat we hebben moeten afsluiten om de landrover in de container te krijgen. Ik heb de watertank grondig schoongemaakt want water dat 2 maanden stil heeft gestaan zal wellicht door een filter ook niet meer te zuiveren zijn. En ik heb de spullen weer goed ingedeeld. We hebben de auto ook van binnen helemaal schoongemaakt. Van buiten is nog steeds zinloos. Maar een groot deel van de tijd hebben we doorgebracht met Marja en Paul, twee Nederlanders op wereldreis en ondertussen al 17 maanden onderweg. Ze zijn vanuit Nederland naar Zuid Afrika gereden en hopen na Afrika ook Azië, Australië, Nieuw Zeeland en Zuid Amerika door te rijden.

Vrijdag 30 april konden we de auto eindelijk weer testen. Het “nieuwe” stuurhuis heeft niet voor een verbetering gezorgd en er lijkt misschien wel meer speling op te zitten. We konden de garage niet meer bereiken, dus daar gaan we maandag wel achteraan. We zijn naar de supermarkt gegaan om onze levensmiddelenvoorraad weer aan te vullen. Voorlopig hebben we weer genoeg pasta, rijst, suiker, koffie, tomatenpuree, olie, mayonaise, spaghettisaus, houdbare melk en dergelijke. En geheel onverwachts paste het ook nog in de auto! Daarna zijn we naar een dierenarts gereden omdat we een permit voor Klaas voor Botswana willen hebben. We kunnen ook via Namibië rijden, waar het heel makkelijk in Windhoek te regelen is, maar dat is zo’n 1000 km om. We willen eigenlijk meteen naar Botswana, omdat we Namibië al een paar keer gezien hebben. We kunnen er altijd op de terug weg nog doorheen. Maar de organisatie die het permit voor Klaas voor Zuid Afrika heeft geregeld, reageert niet op onze mails en telefoontjes. Vrijdag kregen we de tip om naar een dierenarts te gaan. Zij kunnen het ook voor je regelen. Dus wij daarheen, maar ze hadden het formulier niet op voorraad. We moesten die bij de statevet ophalen. Om half 4 belde ik de statevet, maar ze zouden om 4 uur dichtgaan, dus dat gingen we niet redden. Maandag moeten we daar dus ook even langs. Zoals wij het begrepen moet het een snel en goedkope manier zijn om Botswana in te komen. We zullen zien.

Zaterdag 1 en zondag 2 mei hebben we met Klaas en met Jackie (Rob’s dochter) gespeeld en gewandeld, het fotoalbum eindelijk geupload (duurde maar 5 uur!!!!), spelletjes gespeeld en proberen te bedenken wat we willen gaan doen. Aan de ene kant willen we eigenlijk nog wel via de Gardenroute naar Kaapstad rijden en via de Wijnroute terug naar Botswana. Maar Zuid Afrika is verhoudingsgewijs wel erg duur en ons budget gaat wel erg hard de laatste tijd. Het is wellicht verstandiger om eerst naar Botswana, Zimbabwe, Malawi en Zambia te gaan. En dan zien we wel weer verder. Maar zoals altijd beslissen we waarschijnlijk pas als we wegrijden.

Zuid Afrika deel 3

Op maandagochtend 3 mei zijn we ‘s ochtends meteen naar de State Vet gereden. Wij slapen in Kempton Park, ten oosten van Jo’burg City. De State Vet zit aan de zuidkant van Jo’burg City. Het was een uurtje rijden. Daar aangekomen vonden we vrij snel het kantoor en ben ik alleen naar binnen gegaan. Het was een opleidingscentrum met op de derde verdieping een kantoor van de State Vet. Als je door de hoofdingang naar binnen liep kwam je gelijk in een kleine ruimte met aan beide zijde een lift. Het gebouw had 7 verdiepingen, waarvan 2 onder de grond. Toen ik eenmaal in de lift stond, duurde het lang voordat de deuren dicht gingen. Elke keer als er iemand te dicht bij kwam (bv om te vragen of we naar boven of beneden gingen), dan gingen de deuren weer open. Pas na 5 minuten lukte het de lift om de deuren te sluiten om ons naar boven te brengen. Op de 1e verdieping gingen de deuren open om iemand binnen te laten en begon het weer opnieuw. Op de 2e verdieping idem dito en op 3 moest ik eruit. Op elke verdieping was een ruimte net zo groot als op de begane grond, met aan beide zijde naast de liften een deur. Deze deuren moesten door een bewaker worden geopend die eerst moest nagaan of je wel naar binnen mocht. Ik kreeg binnen het zeer begeerde roze papiertje, maakte een afspraak voor donderdagochtend om die te laten stempelen en liep terug naar de liften. Ik kon daar niet komen zonder dat de bewaker mij had gesignaleerd en de deur kwam openen. Daarna stond ik een tijd, samen met een jongeman, op de lift te wachten. Ik werd een beetje claustrofobisch omdat er helemaal geen trap leek te zijn en de liften nou niet meteen de betrouwbaarste indruk maakte. Toen de lift eindelijk kwam stapten we in, bleken we naar de 4e verdieping te gaan! Een hele tijd later waren we weer terug op de 3e verdieping, maar gelukkig konden we er wel om lachen. Daarna ging het vlot naar de begane grond.

Terug bij de auto zijn we snel naar de dierenarts gereden, halverwege tussen de State Vet en de Shoestring Lodge. We hadden geen afspraak, maar werden best snel geholpen. Hij keek Klaas helemaal na, controleerde alles en vulde het roze papiertje, samen met het Health Certificate in. Daarna toch nog even de State Vet gebeld of ze niet gelijk een gaatje hadden om te stempelen, maar er was niks vrij tot donderdagochtend. Helaas.

Ro had de garage nog gebeld en ze hadden hem advies gegeven over hoe het wellicht op te lossen was, dus dat heeft Ro de rest van de middag geprobeerd, zonder succes.

Op dinsdagochtend 4 mei heeft Ro de garage weer gebeld met de mededeling dat het stuurhuis echt slecht is. We mochten de volgende dag langskomen en dan zouden ze het proberen te maken. Alleen zou het minimaal 5 – 6 uur duren en als het tegen zou zitten nog langer. Het stuurhuis moet uit de auto en zonder kunnen we niet rijden. Dat zou betekenen dat we in de daktent in de garage moeten slapen EN de afspraak bij de State Vet niet zouden kunnen halen. Als we dinsdagochtend zouden bellen, zouden we misschien de afspraak nog kunnen verzetten naar vrijdag, maar op woensdagmiddag zou dat wel niet meer lukken. Ik besloot het risico te nemen en de afspraak niet te verzetten (omdat ik GEEN zin had in de garage te slapen en daar 2 dagen rond te hangen en met die afspraak voelde het meer alsof dat niet zou gebeuren).

Om 7:15 uur reden we op woensdagochtend 5 mei naar de landrovergarage/sloop, 18 km ten oosten van Pretoria. We hadden veel file en kwamen pas om 9:15 uur aan. Ze kwamen tot de ontdekking dat ie inderdaad niet goed was en dat ze hem eruit zouden halen en dat het dan een dag of 5 (!!!) zou duren. Ro vroeg of ze dan misschien een leenauto voor ons hadden, waardoor ze ons probleem meteen inzagen. Ze besloten het stuurhuis uit een auto van een klant te halen die momenteel gemaakt werd en bij ons erin te zetten. Vervolgens was het ons (en hun) niet duidelijk wat daarna de bedoeling was. Eerst mochten we hem houden en zouden ze de onze als die gemaakt was in de andere Landrover zetten. Daarna moesten we terugkomen als de onze klaar was en ze dan wisselen. Daarna hebben ze gebeld naar Durban, omdat ze daar volgens Ro wel nieuwe stuurhuizen verkochten, terwijl zij hadden gezegd dat die niet meer te krijgen zijn. Ze konden hem bestellen voor 450 euro. Wij hadden al 320 betaald en wilde alleen het verschil bijbetalen. Dat snapte ze wel, maar vonden ze niet zo leuk. Toen mochten we gaan als we het verschil betaalde en dan zouden ze die nieuwe in de andere landrover zetten en konden wij de zijne houden. We gingen nergens echt op in, omdat ze steeds van mening veranderde en niet goed wisten wat te doen. Ondertussen zat het stuurhuis van onze collega-klant al in onze auto, alleen bleek de aansluiting niet te passen. Ze hadden geen verloopstuk, dus hebben ze ook de slang uit de collega-auto gehaald en bij ons erin gezet. Daarna lekte ie niet meer. Ondertussen hadden ze besloten dat het zo goed was. We mochten dit stuurhuis houden, hoefde dus niet terug te komen en we hoefde niet bij te betalen. We waren erg blij met deze service, want dat hadden ze niet hoeven doen. En wat vooraf een lange saaie dag (of erger: dagen) bij de garage leek te worden, was om 13:00 uur alweer afgelopen.

  

Om 14:30 uur waren we terug bij Rob. Tijdens het wachten herinnerde ik me opeens dat we de 60 Rand (€ 6) voor het permit nog vooraf moesten betalen. Als we dit over zouden maken vanaf onze NL rekening, dan komt er 10 of 20 euro aan extra kosten bij, omdat het internationaal was. Maar het was ook mogelijk om het bij de bank contant te betalen. Rob vertelde ons waar de ABSA bank was, maar dacht dat ze misschien al bijna dicht waren. Het was woensdagmiddag 15:15 uur, dus het leek mij een beetje vroeg, maar hij belde voor de zekerheid en ja hoor, ze gingen om 15:30 uur dicht. Maar we hoefden de volgende dag pas om half 11 bij de State Vet te zijn, dus zouden we ervoor wel langsgaan.

Om half 9 zijn we op donderdagochtend 6 mei naar de bank gereden, die al open bleek te zijn. Om tien voor negen stonden we met het bewijs van betaling buiten. We hadden geen file en we waren om vijf over half 10 al bij de State Vet. We hadden weinig zin om 50 minuten in de ruimte bij de liften te gaan zitten, maar met de kans dat we dan eerder aan de buurt waren zijn we er toch heengegaan. Er bleek zojuist een brandoefening geweest en te zijn en iedereen probeerde met de lift terug naar boven te gaan. Een brandoefening lijkt me zeer slim in zo’n gebouw! Wij kwamen aan toen bijna iedereen weer op de juiste verdieping was, dus het duurde niet zo heel lang. Eenmaal boven was de chaos nog enigszins aanwezig en van alle kanten kwamen de verontschuldigen voor het oponthoud. We probeerde te zeggen dat we geen oponthoud hadden gehad, dat we eigenlijk veel te vroeg waren, maar daar wilde ze niks van weten. Nadat de klant die mee naar beneden was gegaan met de brandoefening klaar was, mochten wij. Terwijl de klant die na ons kwam, maar gegarandeerd een afspraak vóór ons had, moest wachten. De stempels werden gezet en 5 minuten later stonden we weer bij de lift. Waarom we een half uur ingepland stonden, weten we niet. Maar we hebben nu een permit voor Klaasje voor Zuid Afrika, Swaziland, Lesotho, Namibië, Zimbabwe, Malawi en Botswana. Wel een fijn idee dat niemand moeilijk kan doen aan de grenzen.

Daarna zijn we de rest van de dag bezig geweest met het opruimen en inruimen van de auto, laatste wasje gedaan, auto nagekeken, alles op de website gezet nu we nog snel internet hebben en zoveel mogelijk op het internet gedaan wat we maar konden bedenken. De beslissing om naar Botswana te gaan was nu gemaakt en we mailde Ton en José of we onderweg naar boven nog even bij hun langs konden komen. Ze zouden zaterdag weer thuis zijn, dus dat kwam goed uit.

We hebben een zeer goede week gehad, met allemaal meevallers: het stuurhuis werkt nu prima en de auto stuurt beter dan ooit & het permit voor Klaas was erg makkelijk, simpel en goedkoop te krijgen.

Vrijdagochtend 7 mei was weer de dag van afscheid nemen. We vinden het erg prettig bij Rob en we voelen ons er helemaal thuis. Deze keer was het afscheid waarschijnlijk van langere duur dan de vorige 2 keren. Maar we komen zeker weer terug. Ondanks dat konden we er niet echt de vaart in krijgen en bleef ik gezellig met Sue kletsen, terwijl Ro toch nog maar even ging douchen. Toen ik Rob ging betalen voor 11 nachten kamperen, 3 weken extra stalling van de auto, een paar machinewassen en een paar retourtjes naar het winkelcentrum, wilde hij slechts 10 nachten betaald krijgen. De rest hoefde niet! Wat is het toch een goede man. Tegen 11 uur reden we toch weg, hopende dat we Sue binnenkort weer zien in haar huis in Livingstone, Zambia, als ze heeft besloten of ze terug gaat naar Zambia of voor 4 jaar naar Nieuw Zeeland, zoals het eigenlijke plan is. We moesten nog even langs het winkelcentrum om de tuinslang die Ro gekocht had terug te brengen, omdat er een paar gaatjes in zaten. En dat is toch lastig als je de watertank wilt vullen. We hebben gelijk een goede kaart van Botswana gekocht en nog een paar boodschapjes gedaan. Daarna zijn we naar het noorden gereden en bij Bela Bela zijn we afgebogen naar het westen. Rond 15:00 uur kwamen we aan op de camping waar we van de nacht van 9 op 10 maart ook geslapen hadden. Dat was de nacht waarin Klaas niet leek te ademen en ze niet wakker werd toen we tegen haar schreeuwde (zie deel 1 van het Zuid Afrika verslag). Het was er nog net zo adembenemend mooi. We waren de enige kampeerders, maar er waren wel een paar huisjes bezet. We zagen niemand. Er zouden nog 30 kampeerders komen, vertelde de vrouw die ons hartelijk kwam begroeten en ons gelijk herkende van 2 maanden geleden (of misschien herkende ze Klaasje). Nadat Ro in hun luxe keuken gekookt had, we gegeten hadden en ik afgewassen had, kwamen de eigenaren aan. Zij zijn hier alleen in het weekend. Terwijl wij in hun bar met de laptop bezig waren, was de eigenaar een belangrijke rugby wedstrijd aan het kijken. Rugby en Cricket zijn hier heel populair. Voetbal helemaal niet, alleen nu met de WK die over een maand begint, is daar ook enige belangstelling voor. Maar normaal gesproken vinden ze voetbal hier net zo saai als ik het vind. De rest van de avond hebben we lezend doorgebracht. Hemelsbreed zijn we niet zo ver van Johannesburg, maar het temperatuurverschil ‘s nachts is enorm. We zijn geen 1400 meter meer boven zeeniveau, maar nog maar slechts 900 meter, en dat verschil merk je. Overdag merk je niet zo veel verschil, maar ‘s avonds en ‘s nachts is het hier lekker warm, in tegenstelling tot de vrieskou in Johannesburg.

  

Op zaterdag 8 mei hadden we met Ton en José afgesproken. We dachten dat we vlak bij hun huis waren, maar het bleek toch nog een uur rijden te zijn. Onderweg zagen we nog een groep sabelantilopen, waar we uiteraard voor gestopt zijn. Om kwart over 12 kwamen we aan bij de ingang van het park waar zij in wonen. Even later kwam Ton aangereden en konden we hem volgen naar hun huis. Onderweg zagen we wildebeesten en wrattenzwijnen. Het was zo leuk om Ton en Jose weer te zien, want de vorige keer was nog in Nederland, voordat zij naar Afrika vertrokken, dus zo’n anderhalf jaar geleden. Klaasje mocht officieel het park niet in, dus ze mocht niet buiten rondsnuffelen en ook niet blaffen. Na de koffie zijn we naar het huis gereden dat ze voor zichzelf aan het bouwen zijn. Het gaat niet zo snel als gehoopt, maar het huis lijkt in grote lijnen bijna klaar. De muren staan, het dak zit erop, de buitenmuren zijn klaar en ook de binnenmuren zijn al bijna gepleisterd. Het gaat duidelijk een mooi huis worden en het uitzicht is spectaculair. Daarna zijn we teruggegaan en had José de lunch klaar staan. Na de lunch heeft Ton met ons een rondje door het park gereden en we hebben alle grote dieren gezien die er verder nog in het park leven: giraffen, elanden, zebra’s, impala’s, nyala’s, kudu’s en bosbokjes. Ook zagen we een paar mongoose. We hebben helaas geen bavianen, genetkatten, civetkatten en stekelvarkens gezien. Op een gegeven moment stonden we voor een erg grote plas water, waar we niet zomaar in konden rijden. Dus Ro ging er in lopen, om te zien of er grote gaten in zaten. En ja hoor, opeens zakte hij tot zijn knie in een gat. Haha, helaas was ik te laat met het fototoestel. We zijn maar omgedraaid en teruggereden. Maar wat wonen ze zo mooi! Toen we terug kwamen van de gamedrive was José al begonnen met koken en terwijl wij binnen aan het bijpraten waren, zaten de mannen buiten. José maakte een geweldige pastaschotel (die Ro de volgende dag meteen zelf geprobeerd heeft, maar die net iets minder was) en na het eten hebben we nog een tijdje buiten gezeten. Een bosbokje kwam nog even bij het terras kijken. Daarna zijn we naar bed gegaan, waarbij wij een grote kamer met eigen badkamer tot onze beschikking hadden!

  

Ro met 2 giraffen

Op zondagmorgen 9 mei hebben we nog gezellig samen ontbeten en zijn we tot vlak voor lunchtijd op het terras blijven zitten. Daarna was het tijd om te gaan, want we wilden in Rustenburg nog inkopen doen. We moesten dus helaas weer afscheid nemen, maar we komen zeker terug. De volgende keer dat we in Zuid Afrika zijn, zal hun huis vast af zijn. De weg naar Rustenburg was mooi en verliep voorspoedig. We werden onderweg nog stilgezet door een politiecontrole die één of ander bewijs wilde zien, maar wij begrepen hem niet en gaven allerlei papieren, waar hij geen zin in had en we dus weer door mochten. We kwamen om kwart voor 3 aan in Rustenburg en reden meteen naar het winkelcentrum. Helaas bleken de winkels om 3 uur dicht te gaan, dus we hadden alleen genoeg tijd om wat eten te kopen. We zijn terug naar het Oude Landgoed gereden, waar we een hartelijk welkom van Isabel, Johan en Maud kregen. En de honden Jackie en Bruno herkende ons nog meteen en waren helemaal blij ons te zien en wij waren blij hun te zien. We genoten nog even van het (gratis) internet. Ook hebben we een foto van ons drieen, samen met Jackie de Jack Russel gemaakt en daarvan hebben we een moederdagkaart gemaakt, die we naar onze mama’s hebben gestuurd. Die nacht onweerde en regende het weer, terwijl iedereen ervan overtuigd was dat de laatste regen vorige week maandag was gevallen. Het regenseizoen is dus nog niet voorbij.

  

De volgende morgen, maandag 10 mei, was het heerlijk warm en merkte je niks meer van de regen. Isabel nodigde ons uit om te komen ontbijten, wat we uiteraard hebben aangenomen. Na het ontbijt vroegen we waar we een autowinkel konden vinden. Er waren net 2 jongens aanwezig, die wel met ons mee wilde rijden. Ze hebben ons helemaal naar de winkel gebracht en zijn ze mee naar binnen te gaan, om ons eventueel te kunnen helpen. Dat was niet echt noodzakelijk, maar wel heel aardig. Toen ze weer weg waren gereden hebben we bijna alles gevonden wat we nog nodig hadden (diverse oliën, multimeter, v-snaar en verlengslang). Daarna zijn we naar een 4×4 outdoor winkel gegaan, waar we een nieuw sleeptouw hebben gekocht. Daarna zijn we naar het winkelcentrum gegaan om nog een paar laatste inkopen te doen. We wilden ook graag een apparaatje waarmee je overal draadloos kan internetten, maar een simlockvrij exemplaar kostte hier 110 euro, terwijl we weten dat het ook voor 60 euro kan. We zoeken dus verder. Ondertussen was het al lunchtijd en we hadden besloten nog een nachtje in het Oude Landgoed te blijven. We konden de grens nog wel halen, maar eroverheen zou wellicht niet meer lukken. En nu hoefden we nog geen afscheid van Jackie en Bruno te nemen!

Op dinsdag 11 mei zijn we naar de grens van Botswana gereden. Maar eerst hebben we afscheid van Isabelle en de honden Bruno en Jackie genomen. Isabelle weigerde ons te laten betalen voor de 2 nachten dat we bij hun zijn gebleven.

Na ongeveer 2 uur rijden kwamen we aan bij het laatste stadje voor de grens met Botswana. Ro wilde eigenlijk nog één nacht in Zuid Afrika blijven, omdat het al 13:30 uur was en we geen idee hadden hoe lang de grensovergang zou duren, voornamelijk omdat we Klaas bij ons hebben. Maar ik wilde eigenlijk meteen door. We besloten het laatste uur tot de grens bij Skilpadshek door te rijden en daar te kijken of er een camping was. Die was er niet en dus hebben we de melk, eieren en kaas verstopt en heeft Ro het vlees opgegeten. We wisten niet zeker of dat hier al van toepassing was, maar we vonden het zonde als het geconfisceerd zou worden. Daarna zijn we naar de grens, de Pioneer Gate, gereden. Bij de Zuid Afrikaanse kant werden de paspoorten gestempeld en het nummerbord van de auto genoteerd. Daarna liepen we terug naar de auto. Twee mannen controleerde of we de juiste stempels hadden en vroegen om iets, waarvan we nog steeds niet weten wat ze bedoelden. We zouden een ronde sticker op de ruit moeten hebben. We verzekerde ze dat we alle noodzakelijke papieren voor de auto in Nederland hadden geregeld en dat wij dat als buitenlandse auto niet nodig hadden. Dit was duidelijk hetzelfde als waar de agent ons 2 dagen eerder op had gecontroleerd, dus waarschijnlijk hadden we het wel nodig. Maar ook deze keer geloofde ze het wel en mochten we door, na een gezellig praatje over onze reis. Binnen 10 minuten waren we door de Zuid Afrikaanse grens.

In de bijna 2 ½ maand dat we in Zuid Afrika zijn geweest, hebben we alleen de oostkant gezien. We zijn in 2004 al aan de west kant geweest, maar we willen graag ook nog een keer van Durban naar Kaapstad langs de oceaan rijden. Hopelijk doen we dat binnenkort.

Zuid Afrika bracht ons veel familie, maar daardoor werd het heimwee ook weer even voelbaar. Maar ook is dit het land waar we verschillende mensen kenden voordat we er kwamen, wat weer erg vertrouwd is en een thuisgevoel geeft.

We hebben in Zuid Afrika in 5 verschillende auto’s gereden: 4 huurauto’s en onze eigen Impi. Met de eerste 3 huurauto’s zijn we van Johanensburg naar Rustenburg gereden en van daaruit bovenlangs naar het Krugerpark. Daarna naar beneden afgezakt tot aan Durban. Met de 4e huurauto zijn we vanuit Johannesburg naar Rustenburg en terug gereden. In totaal hebben we 4.500 km met deze 4 auto’s gereden.

Met onze Impi zijn we van Durban naar Johannesburg gereden en later nog met een boog naar Botswana. We hebben ongeveer 1.500 km met hem door Zuid Afrika gereden

Om met Klaasje binnen te komen hebben we een permit moeten regelen en om met haar door de landen van Zuidelijk Afrika te reizen ook. Het eerste was lastig, het tweede was makkelijk. Voor beide permits hebben we beschreven hoe je eraan kan komen. Om Zuid Afrika per vliegtuig binnen te komen (niet vanuit NL), klik hier. Om door Zuidelijk Afrika te kunnen reizen, klik hier.

In Zuid Afrika heb ik alvast een digitaal fotoalbum gemaakt van het eerste stuk van onze reis: Nederland tot en met Ghana. Dit album is ondertussen uitgeprint en ligt in Nederland op ons te wachten. Mocht iemand het leuk vinden, dan kun je via deze link naar het album, maar we gaan er vanuit dat alleen onze ouders het geduld hebben om dit door te kijken…. De code is QD5496. Voor het album, klik hier.

De route die we gereden hebben in Zuid Afrika met 4 auto’s:

1. Huurauto 1: Johannesburg via Rustenburg en Balule/Kruger naar Durban (2 t/m 26 maart)

2. Huurauto 2: Durban via St Lucia terug naar Durban met Ro’s ouders (26 t/m 31 maart)

Huurauto 3 bleef alleen in Durban en staat niet op de kaart (31 maart t/m 6 april)

3. Impi: van Durban naar Johannesburg (6 maart)

4. Huurauto 4: Jo’burg via Rustenburg terug naar Jo’burg met mama en Henry (8 t/m 27 april)

3: Impi: van Johannesburg via Ton en José en Rustenburg naar Botswana (28 april t/m 11 mei)

De zwarte puntjes zijn de plekken waar we overnacht hebben.

© Copyright - Fundisa Weddings | Iris Diekstra, e-mail: iris@fundisa-weddings.nl, telefoonnummer 06 3308 1443 (ook WhatsApp)